Live nieuws en radio streams uit Suriname!


Home » Surinaams nieuws » Aanpassen bezoldiging rechterlijke macht bij resolutie ongrondwettelijk

Aanpassen bezoldiging rechterlijke macht bij resolutie ongrondwettelijk

 ‘Maandelijkse bezoldiging president hvj en pg ruim SRD 75.000’

Tekst Wilfred Leeuwin

PARAMARIBO — De recent in het Staatsblad aangekondigde aanpassing van de bezoldiging van de rechterlijke macht (RM) bij een presidentiële resolutie, is een ongrondwettelijke politieke handeling. Opeenvolgende regeringen laten na om, zoals de Grondwet bepaalt in artikel 141 lid 3, de primaire en secundaire voorzieningen van dit onafhankelijke staatsorgaan, bij wet te laten plaatsvinden. De nu bij resolutie goedgekeurde aanpassing lijkt onschuldig en wordt gerechtvaardigd door te verwijzen naar de loonronde die de ambtenaren hebben gekregen.

Conceptwet al jaren klaar

Bestuurskundige Eugène van der San zegt in gesprek met de Ware Tijd, dat de voorgeschreven wet al is voorbereid door de vorige regering, maar niet door het parlement in behandeling wordt genomen. In 2019 zou het de laatste keer zijn dat bij Staatsbesluit de bezoldiging (salaris plus toelagen) van de RM zou worden aangepast. In de conceptwet zijn voorstellen en modellen opgenomen hoe en wanneer de bezoldiging vastgesteld moet worden.

“De dekking middels een resolutie is niet alleen ongrondwettelijk, maar een directe inmenging en je kan zelfs spreken van beïnvloeding van de RM door de uitvoerende politieke macht”

Eugène van der San

In 2021 heeft de RM, ook al met verwijzing naar een loonronde bij de ambtenarij een ambtelijke aanpassing gekregen. In dat jaar kwam er echter opnieuw een aanpassing. President Chandrikapersad Santokhi sprak door de procentueel forse verhoging van een ‘bijzondere’ aanpassing en motiveerde in het Staatsbesluit het bijzondere karakter van deze macht. De regering vond dat nodig, omdat in aanloop naar een organieke wet ‘Besluit bezoldiging Rechterlijke Macht’ eerst een goede aanpassing moest komen van het inkomen van zowel de zittende (rechters) als staande (openbaar ministerie) magistratuur.

Staatsraad

Deze bijzondere aanpassing stuitte in de samenleving op veel kritiek. Want toen de aanpassing middels een Staatsbesluit moest plaatsvinden, hebben onder andere de Staatsraad en de vakbeweging kritiek geuit. De regering heeft echter gedaan weten te krijgen dat de Staatsraad wel zijn goedkeuring gaf.

Die stemde er mee in dat voortaan de bezoldiging van de rechterlijke macht bij presidentiële resolutie, wordt bepaald. Hiervoor is toen in een Staatsbesluit van 2022 een aanpassing doorgevoerd. Politiek heeft dit ook gezorgd voor wrijving binnen het adviesorgaan.

Presidentiële Resolutie

“Je kan eigenlijk spreken van voorbedachte rade. Want in plaats van de Grondwet na te leven en de conceptwet, aangepast of niet naar eigen inzichten, naar het parlement te brengen, wordt nu bepaald dat de president alleen, met een resolutie de bezoldiging van de rechterlijke macht bepaalt”, zegt Van der San. Santokhi had na de verhoging in 2021 zelf in een Staatsbesluit laten opnemen dat het toen de laatste keer zou zijn en voortaan zou worden gehandeld volgens de grondwettelijke vereiste. 

“De dekking middels een resolutie is niet alleen ongrondwettelijk, maar een directe inmenging en je kan zelfs spreken van beïnvloeding van de RM door de uitvoerende politieke macht. Dat is hier het grote probleem. Ik vraag me af of het Hof van Justitie (HvJ)hieraan heeft meegewerkt”, zegt Van der San.

In de conceptwet is onder andere voorgesteld dat de bezoldiging van de president van het Hof van Justitie als hoogste rechts-functionaris en die van de procureur-generaal in een formule maximaal 90 procent een afgeleide zou moeten zijn van het salaris van de president en vicepresident van het land.

Door eerst een bijzondere aanpassing van de president en nu één op basis van de ambtenaren loonronde, is er een willekeurige politieke situatie ontstaan. “Maar erger nog is dat bij die bijzondere aanpassing wel een voorstel uit de conceptwet is overgenomen. Dat is dat op de bezoldiging de leden van de rechterlijke macht 20 procent vervoerstoelage en 20 procent representatietoelage krijgen”, zegt de bestuurskundige.

Met TWK

In de recente aanpassing stijgen de bezoldiging van de president van het HvJ en die van de procureur-generaal met acht procent en die van de andere rechters met vijf periodieken.  De bezoldiging van de hofpresident en die van de procureur-generaal zal nu SRD 74,262 per maand bedragen. Ook de bezoldiging van de staande magistratuur onder wie de advocaat-generaal, hoofdofficieren en officieren van justitie wordt aangepast. De aanpassing bij de RM gaat terug tot 1 juli 2021.