door Valerie Fris

PARAMARIBO — In Suriname sterven jaarlijks ongeveer negen vrouwen als gevolg van huiselijk geweld. Slachtoffers van deze vorm van mishandeling komen veelal als eerste in contact met een zorgmedewerker. Om hen beter uit te rusten deze gevallen te herkennen en hulp te bieden is een training ontwikkeld. Het thema is ‘het versterken van het gezondheidssysteem om geweld tegen vrouwen aan te pakken’.

“Zorgverleners zijn vaak het eerste punt van contact bij huiselijk geweld”, zegt Covab-directeur Angèle Wallerlei-Kumbangsila. Audrey Sijem, hoofd Bedrijfsbureau van deze instelling, vertelt dat het belangrijk is voor een zorgverlener om op een goede manier hulp te bieden. “Mensen die geweld ervaren komen bij de dokter terecht of een andere zorginstantie, maar welke vragen moet je aan het slachtoffer stellen of welke stappen moeten er worden ondernomen?”

De training is volgens Sijem praktisch ingericht. De deelnemers wordt ook geleerd om  bewijzen te verzamelen en vast te leggen, voor het geval een slachtoffer juridische stappen wil ondernemen. “Indien een slachtoffer zich bij jou als zorgverlener aanmeldt dan moet je ook weten waar je de persoon naar toe kan verwijzen indien betrokkene niet terug naar huis kan”, voegt het diensthoofd toe.

Realiteit

De training is gericht op de eerstelijnszorg met als deelnemers verpleegkundigen van de Spoedeisende Hulp en medewerkers van de Regionale Gezondheidsdienst en ziekenhuizen in stad en district. Na de training volgt er een evaluatie waarna de organisatie zal nagaan hoe zij duurzaam de problemen kan aanpakken. De rapporten zullen ook worden aangeboden aan het ministerie van Volksgezondheid.

Er wordt volgens Sijem getracht met alle betrokken instanties en personen samen te werken. “We betrekken daarom ook de mensen die in het veld bezig zijn en op die manier rechtstreeks informatie kunnen geven over de realiteit.”

Financiering

De cursus wordt verzorgd bij het Elsje Finck Sanichar College, Covab met financiële ondersteuning van het Canada Fund for Local Initiatives (CFLI). Sijem vertelt dat in 2019 de hoofdtrainers, onder wie de Covab-directeur via de Pan-Amerikaanse Gezondheidsorganisatie op Jamaica een ‘train de trainers’-cursus hebben gevolgd.

Pogingen om vervolgens in Suriname een training te verzorgen strandden door geldproblemen. “Nadat we een advertentie onder ogen kregen van het CFLI zijn wij op het idee gekomen daarvoor een project in te dienen en dat is goedgekeurd”, aldus Sijem.

Van de 54 gezondheidsmedewerkers die zijn geselecteerd voor deze vierdaagse scholing hebben 29 dat in de eerste week van september gedaan. De tweede groep, 25 deelnemers, is maandag in aanwezigheid van onder anderen directeur Rakesh Gajadhar Sukul van Volksgezondheid en de Canadese ambassadeur Mark Berman begonnen en sluit de training donderdag af. De bedoeling is dat de deelnemers wat ze hebben geleerd overbrengen aan collega’s op de werkvloer.