Live nieuws en radio streams uit Suriname!


Home » Surinaams nieuws » Traditioneel gezag veegt wijzingen conceptwet Collectieve Rechten van tafel

Traditioneel gezag veegt wijzingen conceptwet Collectieve Rechten van tafel

‘Grondenrechten aanvragen, is absoluut verwerpelijk’

door Gilliamo Orban

PARAMARIBO — VIDS, VSG en KAMPOS kunnen zich totaal niet terugvinden in wijzigingen die ze zien in de conceptwet Collectieve Rechten van Inheemse Volken en Tribale Volken die op 31 januari op de agenda van de Nationale Assemblee (DNA) is geplaatst. Zij hebben in februari tijdens een krutu te Powakka zich hierover uitgesproken en hebben een gezamenlijk standpunt ingenomen. Dat hebben ze donderdag gepresenteerd aan DNA-voorzitter Marinus Bee.

“Wij staan erop en zullen ervoor waken, dat deze Raamwet Collectieve Rechten conform de hoogste internationale standaarden, inclusief de bepalingen van de rechtsvonnissen van het Inter-Amerikaans Hof voor de Rechten van de Mens tegen de Staat Suriname dient te zijn. Elke sub-standaardbepaling die niet conform de internationale standaarden met betrekking tot de rechten van Inheemse volken en Tribale volken is, zullen wij op alle ons ten dienste staande middelen binnen wettelijke grenzen bestrijden, inclusief via publiciteit bij, en of rechtsgang naar, nationale en internationale mensenrechtenlichamen”, staat in een gezamenlijke verklaring.

“Deze wijziging doet zowel het doel van de wet als de rechtsbescherming van Inheemse volken en Tribale volken voor wat betreft hun grondgebieden teniet”

De organisaties van traditionele gezagdragers wijzen erop dat in de conceptwet is toegevoegd dat collectieve eigendomsrechten beperkt mogen worden. Zij zien dit als een dubbele beperking en ook nog discriminatoir want deze beperking wordt heel specifiek, bij wet, aan Inheemse volken en Tribale volken opgelegd. Deze wijziging doet zowel het doel van de wet als de rechtsbescherming van Inheemse volken en Tribale volken voor wat betreft hun grondgebieden teniet. “Wij benadrukken dat dit volstrekt onacceptabel is. Concreet eisen wij dat de beperkingen worden verwijderd.”

Indicatieve kaarten

Ook hebben VIDS, VSG en KAMPOS gemerkt dat in de ontwerpwet de zinsnede over “indicatieve kaarten” is weggehaald en dat in vergelijking met de ontwerpwet zoals ingediend door president Chan Santokhi in juni 2021. Dat accepteert het traditioneel gezag niet, omdat op deze manier er niet eens een indicatie is om welke woon- en leefgebieden van de Inheemse volken en Tribale volken het gaat, en er dan ook geen rechtszekerheid wordt gegeven over deze gebieden.

Zelfs al zijn het indicatieve kaarten, die later bij wet gewijzigd kunnen worden, hebben ze die basisrechtszekerheid nu direct dringend nodig, en dat is precies wat in de voornoemde rechtsvonnissen tegen de Staat Suriname verplicht is gesteld. Het is niet aanvaardbaar dat deze rechtsonzekerheid blijft voortbestaan. De zinsnede uit de oorspronkelijke conceptwet dient wederom in de wet te worden opgenomen. Die luidt: “De Inheemse volken en Tribale volken hebben grondenrechten op hun onderscheidenlijke traditionele woon- en leefgebieden welke zijn aangegeven op de aan deze wet aangehechte indicatieve kaarten”.

Alsof de bovengenoemde veranderingen in de conceptwet niet genoeg zijn, moeten de traditionele gezagdragers in de amendementen (wijzigingen) van 31 januari 2023 lezen, dat ze volgens de gewijzigde ontwerpwet hun collectieve grondenrechten eerst moeten aanvragen om deze te verkrijgen. En dit zal pas kunnen nadat er in de toekomst een wet is gemaakt die moet regelen hoe de omvang en begrenzing van de bedoelde woon- en leefgebieden definitief wordt vastgesteld.

“Dit is absoluut verwerpelijk, omdat hiermee wordt gezegd dat ondanks deze wet, de grondenrechten toch nog moeten worden aangevraagd en verkregen. ‘That completely beats the purpose’; het is een tenietdoening van de hele erkenning van de grondenrechten als we ondanks deze wet en de wettelijke verplichtingen van de Staat Suriname, toch nog steeds onze internationaal erkende rechten moeten aanvragen en verkrijgen.”

Indien dit amendement of wijziging zou worden goedgekeurd, heeft dit tot gevolg dat deze wet wederom geen invulling geeft aan de verplichtingen waar de Staat Suriname aan onderhevig is, aangezien de grondenrechten nog steeds niet zijn erkend en er nog steeds geen rechtsbescherming voor de Inheemse volken en Tribale volken is.

“Nu zullen we zien en horen wie, en welke politieke partijen, daadwerkelijk onze rechten willen erkennen, respecteren en beschermen en wie niet”

“Een dergelijk amendement, indien goedgekeurd, zullen wij dus zeer zeker nationaal en internationaal aan de kaak stellen. Grondenrechten zijn mensenrechten en zijn inherent aan Inheemse volken en Tribale volken. Zij worden niet verkregen noch aangevraagd, maar moeten, in dit geval door de Staat Suriname, wettelijk worden erkend. Suriname is immers herhaaldelijk door het Inter-Amerikaans Hof voor de Rechten van de Mens hiertoe veroordeeld.”

Bovendien wordt de werking van dit artikel met deze wijziging afhankelijk gemaakt van een toekomstige wet die nog niet eens in ontwerp klaarligt. Het traditioneel gezag begrijpt dat deze wet een Raamwet is, maar het moet toch wel minstens een basis-rechtsbescherming bieden, hetgeen zou komen door tenminste de indicatieve kaarten toe te voegen als te zijn de gebieden waarover met deze Raamwet grondenrechten zijn erkend.

“De definitieve nauwkeurige vaststelling kan dan iets later komen maar onze gebieden moeten in principe wel reeds wettelijk erkend worden. Kortom, wij verwerpen dit amendement en eisen, dat deze wijziging die in strijd is met onze internationaal erkende mensenrechten en in strijd met de verplichtingen van de Staat Suriname, volledig wordt verwijderd.”

Grondenrechtenkamer

Verder is de voorgestelde Grondenrechtenkamer een zorgpunt en zelfs een potentiële nieuwe schending van de collectieve rechten. Dit was het reeds in het eerste herziene concept zoals ingediend door de president in juli 2021. “Ons zorgpunt is dat een goed geschillenbeslechtingsorgaan volledig onpartijdig en ook deskundig moet zijn. Onze ervaring is dat er heel weinig deskundigheid en ervaring in Suriname aanwezig is als het aankomt op de collectieve rechten van Inheemse volken en Tribale volken, en dat er weinig mensen zijn die echt onpartijdig zijn, hetzij vanwege politieke of economische banden en belangen.”

De beoordelingscriteria voor het beslechten van geschillen en de zwaarte van argumenten (bijvoorbeeld afweging van individuele versus gemeenschapsbelangen en economische versus culturele belangen), zijn in dergelijke gevallen niet slechts wat in de Surinaamse wet is vastgelegd (wat in dit geval heel minimaal is!) maar er spelen aspecten mee zoals de traditionele en spirituele binding met de grondgebieden en afhankelijkheid van de natuur in relatie tot cultuur en identiteit.

“Er gaan afwegingen gemaakt moeten worden tussen individuele rechten en belangen, en collectieve rechten en belangen van hele volken en gemeenschappen. Zal zo een nieuw orgaan daar wel toe in staat zijn, echt onpartijdig en deskundig?”

Bezorgdheden

Concreet stellen VIDS, VSG en KAMPOS voor dat deze Grondenrechtenkamer zal moeten voldoen aan de hoogst mogelijke vereisten en normen van het internationaal recht, in het bijzonder wat betreft de beslechting van geschillen de rechten van Inheemse volken en Tribale volken rakende, en dat deze Grondenrechtenkamer onafhankelijk, onpartijdig en deskundig moet zijn, en dat het Traditioneel Gezag der Inheemse Volken en der Tribale Volken afgevaardigden zullen voordragen die op gelijkwaardige basis met andere voorgedragen personen in dat orgaan en eventuele afgeleide organen zullen kunnen participeren.

Naast deze bezorgdheden genoemd in het vorig punt, zien de organisaties nog een onacceptabele toevoeging, waaruit begrepen wordt dat ingeval van eventuele geschillen over voorheen reeds bestaande rechten van derden (bijvoorbeeld individuen of bedrijven die een beschikking of concessie in Inheemse gebieden hebben), pas van kracht worden als de wet voor de definitieve vaststelling van de traditionele woon- en leefgebieden in werking zal zijn getreden.

Dat betekent dat er geen onderhandeling kan plaatsvinden en dat de rechten van derden gewoon gehandhaafd blijven en niet worden opgeschort, zolang die toekomstige wet er nog niet is. En dat kan, zelfs opzettelijk, wel eens jaren gaan duren.

“We geven uitdrukkelijk aan dat we de beraadslagingen in De Nationale Assemblee over deze conceptwet zeer nauwgezet zullen volgen en van elke volksvertegenwoordiger zullen analyseren wat hun stellingname is. Nu zullen we zien en horen wie, en welke politieke partijen, daadwerkelijk onze rechten willen erkennen, respecteren en beschermen en wie niet. Het uur van de waarheid is aangebroken en die waarheid zal bij de eerstvolgende verkiezingen absoluut worden meegenomen”, aldus de gezamenlijke verklaring.