Live nieuws en radio streams uit Suriname!


Home » Surinaams nieuws » Regering zegent zichzelf met 50 procent koopkrachtversterking

Regering zegent zichzelf met 50 procent koopkrachtversterking

Terwijl de samenleving gebukt gaat onder de slechte financieel-economische situatie in Suriname, ziet de regering kans om zichzelf met een forse koopkrachtversterking te zegenen. Aan de president, vicepresident, ministers en onderministers wordt een koopkrachtversterking van 50 procent van de maandelijkse schadeloosstelling toegekend.

Dit staat in een ontwerp-staatsbesluit dat door de Staatsraad is goedgekeurd. In de nota van toelichting staat dat sedert 1994 de financiële vergoeding zoals schadeloosstelling en toelagen niet meer zijn aangepast voor de president, vicepresident, ministers en onderministers. De sterke koopkrachtdaling sinds 1994 heeft ook grote gevolgen voor het besteedbaar inkomen voor een lid in de regering, aldus de nota van toelichting.

In de toelichting van het ontwerp-staatsbesluit legt president Chan Santokhi uit dat terwijl in met name de afgelopen twee tot drie jaar het inkomen en ook de bezoldigingen en toelagen van diverse beroepsgroepen van de rechterlijke macht en directeuren en onderdirecteuren van een departement van algemeen bestuur zijn verhoogd (ook door toekenning van koopkrachtvoorzieningen), is het mechanisme voor vaststelling van de hoogte van de schadeloosstelling voor leden van de regering ongewijzigd gebleven. Ook de verschillende toelagen zijn ongewijzigd gebleven, zegt de president in de nota van toelichting.

Evaluatie
In het ontwerp-staatsbesluit houdende toekenning van een koopkrachtvoorziening aan leden van de regering staat vermeld dat de voorzieningen voor leden van de regering zo spoedig mogelijk aan een evaluatie onderworpen zullen worden en een integrale regeling tot stand zal worden gebracht.

“Niet moet uit het oog worden verloren dat de leden van de regering de hoogste staatsverantwoordelijkheden dragen en dat er in relatie tot de overige uit de Trias Politica voortvloeiende machten geen disproportionele verschillen mogen zijn voor wat betreft de beloningsmaatstaven”, aldus een passage uit de nota van toelichting.