PARAMARIBO — Het platform rijstsector dat deze maand al een jaar is ingesteld is bezig met de afronding van het staatsbesluit voor het Productschap Rijst. Nadat de Wet Productschap Rijst op 11 oktober 2022 door het parlement werd goedgekeurd, is het proces opgestart om het daarbij behorende staatsbesluit op te stellen en goedkeuring te krijgen van de belanghebbenden.

Op vrijdag 14 april 2023 heeft het platform dit staatsbesluit wederom besproken. Hierbij zijn onder andere aan de orde gekomen; de grote van het bestuur van dit productschap, de manier van voordracht door de verschillende participerende partijen, taken en verantwoordelijkheden en de financiële voorstellen gedaan vanuit het platform die vervolgens met minister Parmanand Sewdien van Landbouw, Veeteelt en Visserij zullen worden besproken.

Voordrachten

Volgens voorzitter van het platform Soedeshchand Jairam is een ander belangrijk punt bij de instelling van het Productschap Rijst, de voordracht vanuit de verschillende subsectoren omdat de vertegenwoordigers bepaalde voorwaarden moeten voldoen. Ondanks al deze zaken waaraan er nog gewerkt moet worden, is er vanuit het platform goede hoop dat binnen enkele maanden het Productschap Rijst een feit zal zijn. 

Het platform rijstsector heeft zich op deze vergadering ook laten informeren over de voortgang van het Sustainable Agricultuur Productivity Program waarbij het de bedoeling is dat onder andere door het uitvoeren van grote onderhoudswerkzaamheden en bouw van een aantal kunstwerken, vooral het waterbeheer in de rijstsector weer op pijl wordt gebracht. 

Nationaal Ontwikkelingsfonds

Volgens Jairam loopt dit project ondanks de zware administratieve eisen die vanuit de donor, de Inter-American Development Bank (IDB) worden gesteld, toch op schema en zullen reeds dit jaar werkzaamheden zoals de rehabilitatie waterschappen van start gaan.  Ook over laten de verstrekking van kredieten aan agrariërs vanuit het Nationaal Ontwikkelingsfonds is besproken. Op dit stuk komt het platform rijstsector tot de conclusie dat er meer informatie moet worden verstrekt aan de agrariërs voor wie dit fonds bestemd is.