door Arjen Stikvoort
PARAMARIBO — “Wij merken niet dat de vastgoedmarkt te verduren heeft onder de economische omstandigheden en devaluatie van de Surinaamse dollar, zoals vaak wordt gesuggereerd. percelen en huizen worden, net als voorheen, gewoon gekocht en verkocht.” Vastgoedondernemer Remy van der Hoek constateert dat zijn sector niet direct last heeft van de economische malaise.
Terwijl anderen de eindjes aan elkaar moeten knopen, is er toch nog steeds een groep die investeert in huizen danwel percelen. Over de algehele marktsituatie wil de vastgoedondernemer niet oordelen, maar vaststaat dat er wordt gekocht en verkocht. “In de meeste gevallen aan Surinamers die zelfstandig werken en in mindere mate aan mensen uit het buitenland”, aldus Van der Hoek in gesprek met de Ware Tijd.
Hij maakt wel duidelijk dat door mensen die gewoon een normale baan hebben, met uitzondering van burgers die werkzaam zijn bij een bank, pensioenfonds of verzekeringsmaatschappij, want die krijgen gemakkelijker een financiering, nauwelijks wat wordt gekocht. Voor deze groep zijn de marktprijzen amper te betalen. “Maar dat is al langere tijd gaande”, onderstreept de ondernemer.
Schijnwelvaart
Dat de economie al tijden niet lekker draait, ontkent Van der Hoek niet. “De merkbare economische situatie is er niet beter op geworden maar dat is logisch. Onder de vorige regering was er sprake van schijnwelvaart. Het was allemaal bekend, vrijwel niemand maakte zich er toen druk om en de gang van zaken werd gewoon getolereerd. De ravage die er toen is aangericht, herstel je blijkbaar niet even in enkele jaren.”
Van der Hoek verwacht niet dat de prijzen over het geheel genomen snel zullen dalen. Normaliter, bij een normale marktwerking, zou je dat bij een verslechterende economische situatie wel verwachten. Maar in Suriname tekent zich juist een contraverse af: “Er is al sinds 2010 sprake van een steeds verslechterende economische situatie. Ik heb niet gezien dat de prijzen ooit zijn gedaald – ze zijn eerder licht gestegen – dus ik verwacht dat nu ook niet.”