Live nieuws en radio streams uit Suriname!


Home » Surinaams nieuws » Paramaribo

Paramaribo

GANGA / Sharda Ganga

Enkele maanden geleden ging ik na jaren weer op een zaterdagochtend de stad in. Ik vermijd traditiegetrouw zaterdagse inkopen, want de binnenstad is een nachtmerrie. Kruipende files, mensen die zonder kijken oversteken en parkeerplaatsterroristen, ze kunnen me worden gestolen. ‘Vermijd de binnenstad ten koste van alles’, dat is al decennia mijn uitgangspunt.

Die zaterdagochtend realiseerde ik me dat ik erg achter de feiten aanliep. Tegenwoordig is de binnenstad op de zaterdagochtend een troosteloze lege getto. Om half negen was slechts het stukje Maagdenstraat tussen de Centrale Markt en de Domineestraat vol leven. De Domineestraat zelf, ooit de hotspot van flanerende tieners, de plek waar je moest worden gezien op de zaterdag als je nieuwe oorbellen of schoenen had, was zo goed als verlaten.

“We bouwen casino’s bij de vleet en laten onze geschiedenis vergaan”

Ik keek mijn ogen uit. Het leek alsof op elke drie winkels er twee gesloten waren. Dit was twee maanden na de vernielingen op 17 februari, maar het verval was duidelijk al veel eerder ingezet. Het zijn nog slechts enkele winkels die hun best doen klanten te lokken. De rest heeft het opgegeven. Kapotte voorgevels, ingezakte stoepen, stoffige uitstalkasten. Het is pijnlijk om aan te zien.

Natuurlijk huil ik al langer om het verval van onze stad. De verwaarlozing van historische gebouwen zegt alles over hoe we met onze geschiedenis omgaan. Eigenlijk zegt het hoe weinig zelfrespect we hebben als land; we bouwen casino’s bij de vleet en laten onze geschiedenis vergaan.

Alleen als er geld vanuit het buitenland komt, wordt er gewerkt aan het behoud. Geld uit Nederland leverde ons fraai herstelde panden op en nu is ook de IDB flink over de brug gekomen. Wat zegt het van ons dat we het behoud van onze geschiedenis laten financieren door anderen?

Terwijl er enerzijds miljoenen worden gestoken in het behoud van de binnenstad, gaat er aan de andere kant weer een gebouw of twee drie verloren, vaak genoeg door een vuurzee. Zoals donderdag in de vroege ochtend.

Het centrum van Paramaribo is een onleefbare woestijn geworden. Er woont niemand meer. Dat betekent dat panden, zo ze nog in gebruik zijn, na kantoor- of winkeltijd leeg zijn. Koppel dat aan de schande van de steeds groter worden groep van thuis- en daklozen waar we maar geen menswaardige oplossing voor willen vinden en het is niet meer een kwestie van of er ongelukken gaan gebeuren, maar wanneer. (Voor de duidelijkheid; ik weet niet hoe deze brand is ontstaan. Het hoeven geen daklozen te zijn geweest deze keer).

De komende paar weken gaan we hoofdschuddend langs die nieuwe open wond rijden; verschrikkelijk, zullen we zuchten, wat een zonde. Over een maand zien we die wond niet meer. Na tien jaar zullen we met moeite ons kunnen herinneren welke gebouwen daar ooit hebben gestaan. Zo snel wennen we aan aftakeling. Paramaribo laat me huilen.

Gangadwt@gmail.com