Minister Henry Ori van Onderwijs, Wetenschap en Cultuur (minOWC) weet niet waarom speciaal leerkrachten zich zorgen maken dat ze niet naar school kunnen. Hij erkent dat mensen te maken hebben met een sociaaleconomische situatie en het gevoel hebben dat ze te weinig verdienen. De bewindsman benadrukt echter dat als leerkrachten een rol vervullen in het onderwijs, hij verwacht dat ze zich inzetten om aanwezig te zijn. “Iedereen heeft problemen”, zegt hij.

Als we naar het vervoer moeten kijken, oppert hij het idee om bussen in te zetten om leerkrachten naar school te brengen. “Je hebt als leerkracht de verplichting om op school te zijn”, benadrukt hij. Ori begrijpt dat leerkrachten problemen kunnen hebben met het betalen van brandstof voor hun auto’s.

Ook vindt hij dat er moet worden gekeken naar andere middelen die leerkrachten mogelijk missen. “De meeste leerkrachten hebben hun benodigdheden op school”, merkt hij op voorafgaand aan de vergadering van de Raad van Ministers.

Minister Ori is van mening dat signalen van vakbonden serieus moeten worden genomen. Het ministerie wil niet dat het onderwijsproces wordt verstoord.

Memo RKBO
Op 1 juni 2023 heeft de Stichting Rooms Katholiek Bijzonder Onderwijs (RKBO) een memo naar al haar medewerkers gestuurd, waarin staat dat de werkgever geen rekening hoeft te houden met persoonlijke redenen wanneer medewerkers zich afmelden.

De directie merkt op dat het regelmatig voorkomt dat het onderwijsproces van groepen leerlingen wordt onderbroken door afwezige medewerkers vanwege hun woonsituatie (hoge kosten levensonderhoud) en het ontbreken van middelen om naar het werk te komen (geen benzine, busgeld, enzovoort).

Bij frequent ziekteverzuim moet de werkgever de leerkrachten sturen voor een second opinion naar een arts of hen laten onderwerpen aan een herkeuring. “We hebben er allemaal baat bij dat we streven naar een goed en vlot verlopend onderwijsproces”, schrijft de directie van RKBO in haar memo.

Minister Orie heeft aangegeven, dat hij hierover geen bezorgdheid heeft geuit. Het is echter wel een kwestie waar serieus naar moet worden gekeken, merkt de onderwijsminister op.