“Wij dagen de minister uit om maatregelen te treffen tegen één leerkracht. Wij dagen hem uit!” zei Wilgo Valies, voorzitter van de Bond van Leraren (BvL) en de Alliantie van Leerkrachten in Suriname (ALS) vandaag op een spoedpersconferentie.
De persconferentie was belegd naar aanleiding van de aankondiging van de minister van Onderwijs dat leerkrachten die op 3 oktober, bij de start van het nieuwe schooljaar, meedoen aan vakbondsacties, wegens dienstweigering zullen worden ontslagen.
Ook leerlingen die op 3 oktober niet aanwezig zijn in de klas, zullen volgens de minister worden afgeschreven.
Valies is woedend om de “intimiderende uitspraken” van onderwijsminister Peneux en beschouwt de ontslagdreiging als de spreekwoordelijke druppel.
Autoritair en dictatoriaal
Volgens Valies is het duidelijk dat er iets “goed mis” is in het onderwijs. De minister weet heel goed dat waar hij mee dreigt, niet uitvoerbaar is, zegt Valies. Het recht om via een vakbond acties te voeren is namelijk vastgelegd in de grondwet en in conventies van de International Labour Organization (ILO).
De “autoritaire en dictatoriale” houding van de minister wordt bovendien weerspiegeld bij zijn medewerkers, zegt Valies. Hij ging concreet in op enkele gevallen waarbij leerkrachten op incorrecte wijze werden bejegend waarbij hij functionarissen met naam en toenaam noemde.
Zo moest een leerkracht die een doktersattest had ingediend wegens ziekte, zich melden bij het Bureau Voortgezet Onderwijs Junioren (BVOJ). De leerkracht moest volgens Valies aan mevrouw Inez Hendrie Leisberg, hoofd van het BVOJ, “uitleggen hoe het komt dat hij of zij 5 dagen ziek is”.
Een leerkracht die vanwege het overlijden van haar partner geestelijk niet in staat was te werken, moest zich ook verantwoorden bij het hoofd van het BVOJ. Het hoofd zou volgens Valies tegen de lerares gezegd hebben: “U bent niet de eerste waarbij de wederhelft komt te ontvallen. U moet zorgen dat u de volgende keer niet zo lang thuisblijft.”
Mutaties ‘a la dol’
Valies ging ook in op het mutatiebeleid van het ministerie: “Mensen worden gemuteerd a la dol.” Leerkrachten worden van de ene op de andere dag naar het binnenland overgeplaatst, vertelde hij.
Wanneer zij uitleggen dat het hen niet goed uitkomt vanwege ziekte, studie of gezin, kregen zij volgens Valies te horen van mevrouw Lydia Hewitt -Austin, hoofd Bureau Basisonderwijs (BBO): “Ik ben niet geïnteresseerd in uw bagage.”
De leerkrachten zouden van Hewitt te horen hebben gekregen dat zij alleen hoefden aan te geven of zij wel of niet gingen: “Het enige wat u moet doen, u moet aangeven of u naar het binnenland gaat of niet. En als u niet gaat, dan weet u wat de consequenties zijn.”
Niet vertrekken naar de nieuwe post zou worden gecategoriseerd als dienstweigering waar ontslag op staat.
Leerkrachten worden volgens Valies door het ministerie van Onderwijs behandeld als kleine kinderen die “worden bedreigd dat zij brodeloos zullen worden gemaakt” als zij voor hun rechten opkomen.
Beleid van confrontatie
Het starten van het schooljaar zal afhangen van het antwoord en de acties die ondernomen zullen moeten worden door de regering naar het ministerie van Onderwijs, zegt Valies. “De opstelling van deze minister kan zorgen dat we problemen krijgen in het overleg met de regering.”
“Want aan de ene kant zegt de vertegenwoordiger van de regering: wij willen samen met u werken aan een oplossing. En het volgende moment worden wij geconfronteerd met een beleid van confrontatie.”
Peneux zegt dat de minister heel goed weet dat hij leerkrachten niet kan ontslaan vanwege vakbondsactiviteiten, “omdat de zaken hard zijn vastgelegd in onze grondwet, vastgelegd zijn in ILO-conventies, dat hij met zijn vingers van die leerkrachten moet afblijven.”
De bond van leerkrachten overweegt de ILO op de hoogte te stellen van de acties van de minister en zal staan op een reactie van de regering. Het antwoord van de regering zal bepalen, zegt hij, “of wij de komende periode strijd zullen leveren.”
[Foto © MinowC]