Live nieuws en radio streams uit Suriname!


Home » Surinaams nieuws » Markoesa project opent nieuw perspectief voor agrarische sector

Markoesa project opent nieuw perspectief voor agrarische sector

Tekst en beeld Sharon Singh

PARAMARIBO — Het is publiek geheim dat de gemiddelde boer weinig tot geen financiering krijgt. Ook met een onderpand is het een lijdensweg. Bankinstellingen staan niet te trappelen om leningen te verstrekken aan landbouwers. Met de komst van het markoesa-project lijkt daarin verandering te komen: eenieder die minimaal een halve hectare grond bezit kan namelijk in aanmerking komen voor een lening onder de voorwaarde dat het moet gaan om een markoesa aanplant. “Onderpand is niet nodig”, verduidelijkt Radj Kirpal, voorzitter van het Nationale Ontwikkelingsfonds voor Agribusiness (Nofa).

Minister Parmandand Sewdien van Landbouw, Veeteelt en Visserij (LVV) heeft uitgerekend dat bij een juiste aanpak een teler wel tweeduizend US dollar per maand kan verdienen met een aanplant  van een halve hectare. Dit project is door zijn ministerie geïnitieerd en bij succes wil de bewindsman de agrarische sector per gewas aanpakken.

“Wat enorm meevalt is dat onze bodem zich uitstekend leent om markoesa in het groot te produceren”

LVV-minister Sewdien

Voorbereiding

In de afgelopen jaren zijn er onderzoeken gedaan naar het planten van markoesa op verschillende soorten grond. Aan de hand daarvan heeft het ministerie een boekje samengesteld over variëteit, groei, ziekten en plagen. Ook heeft LVV een deskundige uit Brazilië laten halen om workshops te verzorgen over de teelt van deze vrucht.

Volgens LVV is de behoefte naar deze vrucht van dien aard dat er niet in de lokale behoefte kan worden voorzien, terwijl er ook goede exportmogelijkheden zijn. Wie voor financiering door het Nofa Fonds in aanmerking komt, krijgt van LVV plantmateriaal en begeleiding. Er wordt ook een coöperatie opgericht, waarvan telers die financiering krijgen automatisch lid worden. De gedachte daarachter is dat er informatie wordt verzameld, die eventueel in de toekomst kan worden gebruikt.

Mogelijkheden

Precies een week geleden werd het markoesa-project gepresenteerd waarbij zes boeren ceremonieel van LVV markoesa plantjes kregen, die zijn aangemaakt uit hybride zaad uit Brazilië. Een plant kan gemiddeld dertig yoy veertig kilogram fruit in drie jaar produceren. Op de agrarische beurs, die vandaag begint in @Live Entertainment Center, zullen – ook aan hobbyisten – markoesa plantjes worden verkocht tegen een schappelijke prijs.

Enkele boeren kregen markoesa plantjes als try-out.

Om een idee te geven wat met de vrucht mogelijk is, waren er bij de presentatie cheesecake, sap en chutney, allemaal van markoesa gemaakt. De chutney wordt gemaakt van de schil die normaliter wordt weggegooid. “Markoesa wordt dwars door alle lagen en bevolkingsgroepen gebruikt en wat enorm meevalt is dat onze bodem zich uitstekend leent om dit gewas in het groot te produceren”, vertelt Sewdien.

Voorwaarden

“Bij een lening zijn er natuurlijk randvoorwaarden. De afzetgarantie, voldoende en goed plantmateriaal beschikbaar hebben en de kans van slagen”, zegt Kirpal. Omdat dit alles is gegarandeerd, is er zelfs een aflossingsvrije periode van negen maanden voor de planter ingebouwd. Dat staat gelijk aan de oogstperiode. Daarna gaat de rente van 5,5 procent per jaar in.

Voor een halve hectare mag een boer maximaal SRD 200.000 lenen. Kirpal: “We beperken ons voor financiering niet tot een halve hectare. Wel is het zo dat alleen voor de halve hectare de lening zonder dekking geldt.” Op de vraag hoeveel geld voor het markoesa project beschikbaar is, wil hij niet antwoorden. Hij volstaat met: “We kunnen nu al veertig boeren helpen.”

Er is volgens Kirpal voldoende ruimte om agrariërs aan financiering te helpen. Sewdien hoopt dat landbouwers deze mogelijkheid zullen aangrijpen. Zijn ministerie kan elke week  tienduizend plantjes aanmaken. Met begeleiding van LVV, de lening met aflossingsvrije periode en goed plantmateriaal is het bijna risico vrij planten. “Als we de agrarische sector zo aanpakken – per gewas met alle belanghebbenden – denk ik dat we Suriname inderdaad tot een agrarisch land kunnen maken.”