Er mogen geen beheersdaden oftewel activiteiten worden ontplooid op de gronden die zijn uitgegeven in woongebieden van de inheemsen in Para. Dit is een van de zaken die de Organisatie Samenwerkende Inheemse Dorpen in Para en Wanica (OSIP) en de Vereniging van Inheemse Dorpshoofden in Suriname (VIDS) gisteren zijn overeengekomen tijdens een bespreking met districtscommissaris (dc) Marlène Joden van Para.
Op 4 mei staat er ook een ontmoeting gepland tussen de groep en minister Dinotha Vorswijk van Grondbeleid en Bosbeheer (GBB). De inheemse bevolking is de uitgifte van gronden waarop ze leven zat en heeft geen enkele inspraak. Ze geven aan dat ze niet langer passief zullen toekijken hoe anderen winst maken terwijl ze van hun leefgebied worden beroofd.
Met steun van inheemse bewoners uit verschillende dorpen van Para en sympathisanten, hebben OSIP en VIDS gesprekken gevoerd met de dc om de uitgifte van gronden terug te draaien. Terwijl de gesprekken plaatsvonden, werden er gebeden opgezegd, liederen gezongen en leuzen gescandeerd.
Inheemsen hebben laten weten dat het op deze manier niet doorgaat en men de groep niet moet onderschatten. “Dc, stop met het uitgeven van gronden binnen de dorpsgebieden”, stond geschreven op een van de bordjes.
Ze zijn bereid te vechten tot het bittere eind, zodat er geen gronden meer uitgegeven worden waar zij leven. Zij zijn de eerste bewoners van Suriname en betreuren het dat er juist met hen op zo’n manier wordt omgesprongen.
De inheemse aanwezigen bij het commissariaat waren ontevreden over het besluit om de gesprekken voort te zetten met de minister van GBB. Ze vinden dat de districtscommissaris in staat zou moeten zijn om beslissingen over de uitgifte van gronden terug te draaien, aangezien de dc een advies geeft bij deze kwesties.
De dc op haar beurt heeft de mensen toegesproken en uitgelegd dat het advies van de commissariaten niet bindend is. Ook legt ze uit dat wanneer een advies verstrekt wordt er ook op het document staat ‘menens zij het niet tot derden behoort’ wat betekent dat een grond niet gegeven kan worden als het aan derden behoort.
Bij het uitgeven van gronden wordt niet alleen advies verstrekt door de dc, maar ook door drie andere instanties: Grondinspectie, het ministerie van Landbouw, Veeteelt en Visserij en het ministerie van Openbare Werken. Volgens Joden, wordt het advies van de grondinspecteurs door de minister van GBB gebruikt in plaats van dat van de dc.
Van de commissariaten wordt gevraagd om het fysieke gedeelte te doen. Joden heeft gevraagd aan de VIDS om de beschikkingen van de desbetreffende gevallen naar haar toe te sturen. “Geen van de beschikkingen is vanuit het commissariaat”, beweert ze.