De 48-jarige politie-inspectrice Edith R. en haar vriend Guillermo, B. stonden bij de rechter terecht voor diefstal tezamen en in vereniging gepleegd bij Total aan de Zwartenhovenbrugstraat. Dit gebeurde op 17 februari. Voor die dag hadden Stephano ‘Pakittow’ Biervliet en andere vakbondsleiders een protestmanifestatie aangekondigd, waarbij er eisen aan de regering gesteld zouden worden.

Echter liep deze demonstratie al gauw uit de hand. Men ging over tot het vernielen van onder andere het DNA-gebouw, het stichten van brand in ondernemingen en het vernielen en plunderen van bedrijven.
Edith verklaarde op de zitting dat zij op weg naar haar moeder was, maar dat het verkeer aan de Dr. Sophie Redmondstraat gestremd was, waardoor zij haar weg niet kon vervolgen.

Zij besloot haar voertuig te parkeren en zich verder lopend te oriënteren. Op een gegeven moment besloot ze haar vriend te bellen, toen die nog in Commewijne was. Hij was binnen 20 minuten op de hoek van de Dr. Sophie Redmondstraat. Samen besloten ze lopend naar het gebouw van Benz te gaan, omdat ze enkele voorbijgangers hoorden zeggen om daarnaartoe te gaan.

Ze waren erg benieuwd wat die mensen daar zouden doen. Toen ze bij het gebouw van Total aankwamen en merkten dat plunderaars bezig waren de rolluik te forceren, besloot haar vriend Guillermo B. naar binnen te gaan om te shoppen. Edith verklaarde dat ze gewoon achter haar vriend is gegaan om te kijken. Echter heeft zij van de gelegenheid gebruikgemaakt om ook wat goederen mee te nemen.

Edith en Guillermo hebben verstelbare sleutels, tuinscharen, handschoenen, slijpschijven en een defecte waterpomp weggedragen. Op de vraag van de rechter wat van een politie-inspecteur wordt verwacht gaf Edith beschamend te kennen dat zij de orde en rust dient te handhaven en niet mee moest plunderen.

De officier van justitie merkte op dat de verdachte helemaal geen spijt betuigde, maar juist om alle feiten heen draaide. Hoewel Edith aangaf, dat zij slechts snijschijven had meegenomen, was op camerabeelden die getoond werden tijdens de zitting te zien, dat zij met heel wat goederen ervandoor ging.

Tegen Edith werd een gevangenisstraf van twaalf maanden onvoorwaardelijk geëist en voor de shoppende vriend Guillermo een celstraf van acht maanden waarvan drie maanden voorwaardelijk. Advocaat Maureen Nibte overlegde een stuk waaruit blijkt dat de verdachten de opgelopen schade aan het bedrijf hadden vergoed en ze pleitte ervoor om de geëiste straf te verminderen.

De officier van justitie verzette zich daartegen en gaf aan dat het vergoeden van de geleden schade het strafbare karakter niet opheft. De kantonrechter doet op 18 april uitspraak. Vooralsnog blijven Edith en haar vriend Guillermo aangehouden.