Live nieuws en radio streams uit Suriname!


Home » Surinaams nieuws » Het mislukte Kippie-pluimveeproject (7)

Het mislukte Kippie-pluimveeproject (7)

‘Ik heb niet eens een dubbeltje ontvreemd’

Kippie, een nieuw merk in Suriname geproduceerde kip, zou hét betaalbaar alternatief moeten worden voor het alsmaar duurder wordende stukje vlees dat vrijwel elke Surinamer graag op zijn bord heeft. Het project, een initiatief van de eigenaar van De Doksenclub en gefinancierd door Kirpalani’s, heeft ruim vijf jaar later bij wijze van spreken niet één kippenboutje geproduceerd. De zakenpartners raakten met elkaar gebrouilleerd en rechtszaak op rechtszaak volgde. Daarnaast heeft Kirpalani’s een strafklacht ingediend tegen de eigenaren van De Doksenclub, waarmee het Openbaar Ministerie geruime tijd bezig is en vorderingen maakt. In deze serie artikelen leest u de feiten op een rij.
In deze editie deel 7.

Tekst Ivan Cairo

Nadat de samenwerkingspartners met elkaar in de clinch waren geraakt over de uitvoering van het pluimveeproject en de besteding van de lening, regende het over en weer rechtszaken. Na verschillende onderzoekingen van onafhankelijke consultants, die in hun rapporten aangaven dat er sprake was van mismanagement en onrechtmatige besteding van het geld, kwam de navolgende zorgwekkende informatie naar voren. Het bleek dat Asha Badal, directeur van De Vliegende Eend NV tevens levenspartner van Van den Bergh, grote sommen contant geld vanuit Suriname naar Nederland had meegenomen, in totaal meer dan 2 miljoen euro.

Kirpalani’s NV diende onder andere hierover een strafklacht in bij de procureur-generaal. Het vermoeden was groot dat het ging om geld dat de financier giraal had overgemaakt voor De Vliegende Eend (De Doksenclub) ten behoeve van het Kippie-project. Ook wordt vermoed dat het geld is verduisterd en dat mogelijk privéschulden van Van den Bergh, de initiatiefnemer van het project, in Nederland ermee zijn afgelost.

Hij bleek op 19 april 2016 in Nederland bij rechterlijk vonnis failliet te zijn verklaard omdat hij daar niet aan zijn schuldverplichtingen kon voldoen. De ondernemer was in hoger beroep gegaan tegen het vonnis, dat in zijn nadeel was uitgesproken nadat een schuldeiser een vordering tegen hem had ingesteld. Zijn faillissement werd per 17 juli 2020 formeel opgeheven. Echter had hij twee overeenkomsten getekend met Kirpalani terwijl hij nog in staat van faillissement verkeerde.

Kirpalani motiveerde bij de ingediende strafklacht dat er sprake was van oplichting en fraude en kwade trouw omdat overeenkomsten waren getekend terwijl Van den Bergh failliet was. Vanaf De Doksenclub, de handelsnaam waaronder De Vliegende Eend opereerde, en Kirpalani’s in juni 2018 een samenwerkings- en kredietovereenkomst waren aangegaan, had De Doksenclub nog geen enkele aflossing gepleegd, wat indruiste tegen de contractuele afspraken.

Strafklacht

Twee jaar later, op 16 juni 2020, richtte de advocaat van Kirpalani’s een verzoek aan het OM om strafrechtelijk onderzoek te doen naar vermoedelijke strafbare feiten gepleegd door Badal en aar partner. “Wij hebben een vermoeden, dat de heer Van den Bergh en mevrouw Badal middels listige kunstgrepen, hetzij verdichtsels, Kirpalani’s hebben bewogen afgifte te doen van geld (middels kredietovereenkomsten) en dat zij zich die gelden wederrechtelijk deels hebben toegeëigend”, aldus de advocaat.

Verder wordt het vermoeden uitgesproken dat het koppel met opzet valse gegevens heeft verstrekt aan haar cliënt en ook met valselijk opgemaakte documenten grote sommen in vreemde valuta heeft kunnen uitvoeren. Ook zou het tweetal zich volgens het verzoekschrift aan de procureur-generaal schuldig hebben gemaakt aan witwassen door het wegsluizen van gelden naar het buitenland.

“Hoe kun je inkomsten hebben uit de verkoop van doksenvlees als je al lang geen doksen meer kweekt?”

Eugène Diran, onderdirecteur Kirpalani’s

Vermoedelijke misdrijven

Met de rapporten van verschillende consultants, die aangeven dat Van den Bergh en Badal tussen de 840.000 en 1,1 miljoen US dollar van de ruim 3,66 miljoen US dollar die is geleend niet kunnen verantwoorden, onderbouwt de advocaat het vermoeden dat er strafbare feiten zijn gepleegd. Ook wordt geput uit andere documenten, waaronder douanepapieren die aantonen dat grote sommen contant geld naar het buitenland, met name Nederland, zijn meegenomen.

Er wordt zelfs een voormalig financieel manager van De Doksenclub geciteerd, die Van den Bergh beschrijft als ‘een meesterleugenaar, manipulator en megalomaan’. De advocaat van Kirpalani’s voert aan dat Van den Bergh in de periode 2018-2019 diverse bedragen in US dollars heeft omgezet in euro’s. Het totaalbedrag wordt geschat op 2 miljoen euro.

Die contanten zijn vervolgens cash geëxporteerd naar Nederland. Het OM wordt gevraagd te onderzoeken hoe Van den Bergh deze gelden naar het buitenland heeft laten wegbrengen. “De door hem gepleegde transacties zijn merkwaardig, en het vermoeden bestaat dat er mogelijkerwijs sprake is van witwaspraktijken een en ander ingevolge de wet Strafbaarstelling money laundering”, aldus de advocaat.

De jurist spreekt ook het ernstige vermoeden uit dat de leidinggevenden van De Doksenclub door girale US dollars om te wisselen naar contante euro’s, om die vervolgens naar het buitenland te brengen, de Deviezenregeling hebben overtreden en hoogstwaarschijnlijk daarbij valsheid in geschrifte hebben gepleegd. Voor Kirpalani’s geldt Van den Bergh als de hoofdverdachte.

“Hij is de intellectuele dader van de vermoedelijk gepleegde strafbare feiten. Mevrouw Badal heeft willens en wetens haar medewerking verleend bij het plegen van de vermoedelijke strafbare feiten en dient gekwalificeerd te worden als medepleger of medeplichtig zijn”, stelt de advocaat. Zij concludeert ten slotte dat Badal en Van den Bergh zich aan meerdere strafbare feiten schuldig hebben gemaakt.

Tegenover de Ware Tijd ontkent Van den Bergh met klem dat hij zich aan enig strafbaar feit schuldig heeft gemaakt. Hij heeft de Deviezenregeling ook niet overtreden. De export van het geld heeft volgens hem volkomen legaal plaatsgevonden. Om dat te staven stelt hij kopieën ter beschikking aan de redactie van de douaneformulieren van Zanderij-Suriname om de valutabedragen te mogen exporteren en de douanepapieren van Nederland om daar het geld te importeren.

Ook de valuta-omwisselingstransacties krijgt de redactie te zien. De gelden zijn elke keer na aankomst van Badal in Nederland gestort op rekeningen bij de ING Bank. Van den Bergh is van oordeel dat de strafklacht tegen hem en zijn concubine bedoeld is om hen te criminaliseren. Hij geeft ook inzage in enkele bankdocumenten die moeten staven dat met de middelen betalingen zijn verricht aan leveranciers van onder andere apparatuur voor het Kippie-project.

Eén van de documenten waarmee de directie van De Doksenclub grote bedragen aan euro’s contant naar Nederland heeft kunnen vervoeren.

Cashtransporten

Uit de stukken blijkt dat op 27 juli 2018 een bedrag van 200.000 euro naar Nederland is meegenomen door Badal, gevolgd door een cashtransport van 1.058.430 euro op 8 september en 770.000 euro op 13 oktober. Op de documenten werd ‘Opname van bank in Suriname/verkoop van eendenvlees en pluimveevoer’ als herkomst van het geld opgegeven. De middelen werden in Nederland gestort op rekeningen bij ING Bank.

Dat de verkoop van doksenvlees als herkomst van de middelen is opgegeven, duidt volgens Eugène Diran, onderdirecteur bij Kirpalani’s, op valsheid in geschrifte, omdat op dat moment De Doksenclub al lang gestopt was met de productie van doksenvlees. “Hoe kun je inkomsten hebben uit de verkoop van doksenvlees als je al lang geen doksen meer kweekt?” stelt de onderdirecteur retorisch.

Aan de krant legt Van den Bergh uit waarom hij de US dollars in euro’s omzette en contant naar Nederland liet vervoeren. “Er was een periode dat je voor 1 US dollar ook 1 cash euro kreeg bij de cambio, terwijl de koers op 1,18 lag voor een US dollar. Ik heb daarom driemaal een groot bedrag gewisseld naar contante euro’s. De cash euro’s kon ik niet storten, ik heb het wel gedaan via een omweg. Die cash euro’s heb ik legaal uitgevoerd uit Suriname en legaal ingevoerd in Nederland en gestort op mijn bedrijfsrekening waarna de overboekingen zijn verricht”, aldus de ondernemer.

Wat betreft het afstorten van contante euro’s bij DSB Bank, geeft hij aan dat deze bank vier procent stortingskosten in rekening bracht. Van de Bergh zegt volgens een afspraak met de toenmalige directie van DSB te hebben gehandeld, dat “indien ik de gelden weer cash zou opnemen, ik dan de 4 procent terug zou krijgen, en zo gebeurde het”.

Bij een vierde poging, in december 2020, om weer een groot bedrag naar Nederland te exporteren, heeft de Deviezencommissie ingegrepen en geen toestemming verleend. Bij de eerdere drie transporten was er toestemming gevraagd aan noch verkregen van de Deviezencommissie. De voorzitter van de Deviezencommissie hield Van den Bergh per brief van 3 december 2020 voor dat na afstemming met de monetaire autoriteiten, was besloten geen toestemming te verlenen.

De geldovermakingen die hij wilde plegen zouden, zoals gebruikelijk was, door middel van internationale transactieformulieren via de handelsbanken kunnen geschieden. Ook een nadere uitleg van de De Doksenclub aan de Deviezencommissie waarom de cashtransporten noodzakelijk waren, bleef vruchteloos. Van den Bergh geeft aan dat zijn huisaccountant ‘uitgebreid’ onderzoek heeft gedaan naar de cashtransporten, de besteding daarvan en dat geen onregelmatigheden zijn geconstateerd. “Daar is alles van betaald en ik heb niet eens een dubbeltje ontvreemd. Mijn accountant Hans Girjasingh is van alle zaken volledig op de hoogte.”

Vertrouwensbreuk

Ondanks de ontkenning van Van den Bergh dat hij het investeringskrediet van Kirpalani’s niet heeft misbruikt, blijft deze financier erbij dat de man zich onbetrouwbaar heeft gemaakt. Hij heeft immers bij het aangaan van de leningsovereenkomst niet kenbaar gemaakt dat hij op dat moment in Nederland in staat van faillissement verkeerde, vanwege het niet nakomen van financiële verplichtingen in zakelijke betrekkingen met derden.

“Hij kon zijn schulden daar niet betalen. Dat zou een ander licht hebben geworpen op de voorgenomen samenwerking”, zegt Diran. Het directielid, dat onder andere belast was met de monitoring van de uitvoering van het Kippie-project, is ervan overtuigd dat Van den Bergh de informatie over zijn faillissement heeft achtergehouden, omdat hij wist dat de kans om dan financiering te krijgen onmogelijk zou zijn.

Daags nadat Kirpalani’s geld voor te plegen investeringen in het Kippie-project had overgemaakt, had Van den Bergh dat geld bij de bank opgenomen. Vervolgens is het door zijn partner Asha Badal contant meegenomen naar Nederland. Deze latere handelingen bevestigen volgens Diran de verkeerde bedoelingen van de leiding van de De Doksenclub.

Door deze handelingen werd het, aldus het directielid, onmogelijk om te controleren of alle middelen die door de financier ter beschikking waren gesteld daadwerkelijk voor de projectuitvoering zijn aangewend. Van den Bergh merkt op dat zijn faillissement geen enkele negatieve invloed heeft gehad op de deal met Kirpalani’s. Dat hij door de rechter failliet was verklaard betekende, aldus de ondernemer, geenszins dat hij handelingsonbevoegd was geworden.

“Wij hebben een vermoeden dat de heer Van den Bergh en mevrouw Badal middels listige kunstgrepen, hetzij verdichtsels, Kirpalani’s hebben bewogen afgifte te doen van geld”

Advocaat Kirpalani’s

Justitieel onderzoek

Intussen is in opdracht van het OM een strafrechtelijk onderzoek begonnen naar de klacht van Kirpalani’s. Een aantal personen is in deze zaak al door de politie bij proces-verbaal gehoord. Ook Van den Bergh was opgeroepen om gehoord te worden. Hij geeft aan niet te zijn gegaan omdat hij vermoedde dat hij zou worden aangehouden. De man had zich op een vrijdag moeten aanmelden bij de politie. De ondernemer merkt op dat het algemeen bekend is dat wanneer verdachten op een vrijdag in verzekering worden gesteld door de politie, ze wis en zeker dat weekend in de bak doorbrengen.

Van den Bergh vermoedt dat ook hij slachtoffer zou worden van dit vermeende gebruik om vervolgens na het weekend in vrijheid gesteld te worden. Intussen zou zijn reputatie door die handelwijze van de politie zijn beschadigd, meent de ondernemer. De pluimveehouder vindt het vreemd dat zelfs een zeer ervaren beëdigde taxateur, die jarenlang taxaties van onroerende goederen voor banken pleegde, was opgeroepen tijdens het politieonderzoek.

Kirpalani’s had namelijk het vermoeden uitgesproken dat Van den Bergh en deze taxateur onder één hoedje speelden. Steeds wanneer er een taxatierapport over de door De Doksenclub onder hypotheek afgegeven percelen moest worden overgelegd, bleken deze aanzienlijk hoger in waarde te zijn beoordeeld door de bewuste taxateur. “Elke keer wanneer hij om meer geld vroeg, hadden de zaken een hogere waarde om de indruk te wekken dat er voldoende dekking was”, stelt onderdirecteur Diran. Hier is een simpele verklaring voor meent Van den Bergh. Hij zegt dat elke cent die door de De Doksenclub werd verdiend, terug werd geïnvesteerd in het bedrijf waardoor de onderneming, inclusief de percelen waarop ze gevestigd is, in waarde steeg. Kirpalani’s heeft ook een strafklacht ingediend tegen de taxateur wegens het plegen van vermoedelijke strafbare feiten.