Live nieuws en radio streams uit Suriname!


Home » Surinaams nieuws » Grondbeleid met Vorswijk van de wal in de sloot

Grondbeleid met Vorswijk van de wal in de sloot

Dinotha Vorswijk ligt als minister van Grondbeleid en Bosbeheer weer eens behoorlijk onder vuur. Haar grondbeleid is ondoorzichtig en veel mensen zijn gedupeerd. Maar dat lag voor de hand toen vicepresident Ronnie Brunswijk ruim twee jaar geleden president Chandrikapersad Santokhi dwong haar op dit departement te zetten. Het was de kat op het spek binden.

Tekst Armand Snijders

Beeld CDS/Kabinet van de president

Toen bij de coalitieonderhandelingen in 2020 werd afgesproken dat het ministerie van Ruimtelijke Ordening, Grond- en Bosbeheer (ROGB) zou worden opgesplitst in het ministerie van Grondbeleid en Bosbeheer (GBB) en het ministerie van Ruimtelijke Ordening en Milieu (ROM) en het eerste departement onder beheer kwam van de Abop, zag iedereen de bui al hangen. Het zou de achterban van de gele partij in ieder geval geen windeieren leggen.

“Ferme taal verliest geloofwaardigheid als het steeds weer loze woorden zijn”

Minister Landjepik

Ook bij ROGB was het al een soort traditie dat de partij die het daar voor het zeggen had, flink kon profiteren van de voordelen die het ministerie bood. Niet voor niets had Michael Jong Tjien Fa, die in de regering-Venetiaan 3 (2005-2010) namens Pertjajah Luhur (PL) de scepter op het departement zwaaide, de bijnaam minister Landjepik. Uit angst dat PL uit de wankele coalitie zou stappen, greep president Ronald Venetiaan niet in. Dat heeft volgens deskundigen zeker bijgedragen aan zijn nederlaag van 2010.

Jong Tjien Fa’s vele opvolgers – Martinus Sastroredjo (2010), Hendrik Setrowidjojo (2010-2011), Simon Martosatiman (2011-2012), Ginmardo Kromosoeto (2012-2013), Steven Relyveld (2013-2017), Roline Samsoedien (2017-2019) en Lekhram Soerdjan (2019-2020) – hebben in de tien jaar onder Desi Bouterse aan den lijve ondervonden hoe moeilijk het is om zowel de president als de eigen achterban tevreden te stellen. Als klap op de vuurpijl ging in de nadagen van die regering voorzitter Mike Noersalim van de Hervormings- en Vernieuwingsbeweging (HVB) nog vreselijk in de fout door als minister ad-interim een deel van de historische Cultuurtuin te verkavelen en vooral percelen aan family & friends te geven.

Grootgrondbezitter

Eén van de vele eisen die Abop stelde om de VHP aan een meerderheid te helpen, was het lostrekken van het grondbeleid uit het bestaande ministerie en daar een apart departement voor op te zetten. Want Brunswijk zag zijn kans schoon om nu eindelijk eens vooral zíjn mensen te voorzien van een stukje grond, wat met name de Javanen – maar ook anderen – in de decennia daarvoor hadden gedaan. En als grootgrondbezitter was het altijd handig om zelf ook dicht bij het vuur te zitten.

Maar in het eerste jaar ging het met Diana Pokie aan het roer op het nieuwe ministerie niet zoals Brunswijk wilde. Ze was niet geneigd om volledig naar de pijpen van de Abop-voorzitter te dansen en weigerde zijn instructies ten voordele van zijn familie uit te voeren. Hij eiste daarop van Santokhi dat ze zou worden vervangen. De president ontsloeg haar gedwee. Zelfs tegen de wens van de VHP-fractie in het parlement in. Santokhi beloofde een onderzoek naar eventuele misstanden in te stellen, maar dat heeft nooit wat tastbaars opgeleverd. Vermoedelijk omdat er niets was.

Sabaku Village

Pokie ging dus door de zijdeur af, met waarschijnlijk heel veel Abop-kiezers uit Brokopondo die ze met zich meenam. Haar plaats werd op 3 augustus 2021 ingenomen door Vorswijk, die wel als een trouw hondje de instructies van de partijleiding (lees: Brunswijk) opvolgde. Ook al moest ze daarvoor buiten de geldende regels om handelen.

Al snel kwam de affaire rond Sabaku Village aan het licht, waarbij vooral Abop-getrouwen één of meer percelen toebedeeld hadden gekregen. De fractieleider van de partij in De Nationale Assemblee (DNA), Obed Kanapé, kreeg er zelfs twee. Ook zijn partijgenoot Edgar Sampie viel in de prijzen met een perceel.

Het gebeurde te midden van de protesten van de Organic Movement en dus was Santokhi wel verplicht om in te grijpen. Hij leek dat in eerste instantie heel kordaat te doen. De gewraakte gronduitgiften zouden in eerste instantie door hem worden ingetrokken. Maar daags daarna kwam hij daar, onder zware druk van Brunswijk, op terug en deelde hij mee dat de gronduitgifte slechts voor een halfjaar zou worden opgeschort.

“Brunswijk zag zijn kans schoon om nu eindelijk eens vooral zíjn mensen te voorzien van een stukje grond”

Op vrijwillige basis

Ondertussen ging een werkgroep onder leiding van Humphrey Tjin Liep Shie, adviseur van de president, aan de slag om ‘nader onderzoek in de administratief- en bestuursrechtelijke sfeer’ te doen rond die gronduitgifte. Dat leidde er uiteindelijk toe dat slechts diegenen die meer dan één perceel hadden weten te bemachtigen, werden verzocht deze op vrijwillige basis terug te geven. Al het andere bleef zoals het was. Dat klonk wel heel erg vrijblijvend. Of er ook maar één perceel is ingeleverd, weet waarschijnlijk alleen de president.

Santokhi weet donders goed dat onder zijn ogen op GBB allerlei zaken gebeuren die niet door de beugel kunnen. De laatste dagen heeft hij daarom weer dreigende woorden gesproken naar aanleiding van de zoveelste ophef over het ministerie die is ontstaan over aanvragen om de erfpacht of grondhuur te verlengen – wat doorgaans vrijwel automatisch gebeurt – door GBB niet of moeizaam worden behandeld. De rechthebbenden die al jaren gebruik maken van de grond, worden opeens geconfronteerd met het feit dat (delen van) de terreinen ondertussen zijn weggegeven aan derden.

Naar de rechter

Het staatshoofd verzekert dat hij dat niet accepteert. “Ik ga niet rusten totdat het laatste perceel dat is afgepakt zal worden teruggegeven. En als we naar de rechter ervoor moeten gaan, dan gaan we naar de rechter. Maar we gaan het teruggeven!” Maar hoeveel geloof aan zijn woorden moet worden gehecht, zal nog moeten blijken. Immers, ferme taal verliest geloofwaardigheid als het steeds weer loze woorden zijn.

Het Sabaku-schandaal ligt wat dat betreft iedereen nog vers in het geheugen. Daar bleven de meeste begunstigden, ondanks de ferme taal van de president, uiteindelijk buiten schot. Maar duidelijk is dat het land ondertussen met Vorswijk steeds verder van de wal in de sloot raakt. Het aantal rechtszaken dat inmiddels tegen het ministerie van GBB is aangespannen, spreekt boekdelen. En geeft in ieder geval redenen genoeg om vraagtekens te stellen bij de kwaliteiten van Vorswijk.

Santokhi heeft de twijfels al veel langer, maar heeft tot nu toe niet ingegrepen. Wel zou hij afgelopen week de bewindsvrouw bij zich op het matje roepen en verantwoording af laten leggen. Of dat ook is gebeurd, is niet bekendgemaakt. Vorswijk zal ongetwijfeld met vertrouwen de confrontatie zijn aangegaan, in de wetenschap dat zij een machtige beschermengel heeft in de persoon van vicepresident Ronnie Brunswijk. En daar is de president niet tegen opgewassen.

Dinotha Vorswijk (r) tekent als minister van GBB op 11 augustus 2023 de notariële akte van verkoop en koop van het perceelland op de hoek van de Lachmonstraat, Albert- en Jourilaan aan de ambassade van India, die werd vertegenwoordigd door ambassadeur Shankar Balachandran (l).