HOEWEL DE VERSCHILLENDE seizoenen in Suriname aan het verschuiven zijn verwachten we meestal eind april of begin mei de grote regentijd. De droge periode die daaraan voorafgaat is voor veel mensen de ideale tijd om het erf op orde te krijgen omdat met de regentijd het onkruid welig tiert. De droge tijd is vaak ook de periode waarin te zien was dat de arbeiders van het Ministerie van Openbare Werken (OW) bezig waren met regulier onderhoud van wegen en in kreken, kanalen en trenzen.
Het ophalen daarvan zorgt er namelijk voor dat het vele water dat in de regentijd uit de hemel komt vallen makkelijk kan doorstromen door de verschillende afvoerwaterwegen. De wateroverlast kan op die man tot een kortere periode beperkt worden. Het is namelijk niet zo dat grote hoeveelheden neerslag allemaal in een keer weg kunnen stromen. Hoewel dat wenselijk is, is dat vrijwel onmogelijk te realiseren.
Helaas heeft een rondgang in enkele buurten laten zien dat de kreken, kanalen en trenzen in geen tijden zijn opgehaald. Het effect laat zich dan ook zien. Het vele water is een dag na de enorme regenbui van zondagavond nog op veel plekken te zien. Veel mensen hebben in sommige gevallen voor het eerst water in huis gehad, wat ongetwijfeld voor veel schade en ongerief zorgt.
De Minister van Openbare Werken Riad Nurmohamed is een minister die zich ferm uitlaat tegenover de burgerij. Hij heeft een no-nonsense attitude en treedt streng op tegenover allerlei overtredingen. Dat is een hele goede eigenschap. Deze minister is zich in juni van het vorig jaar toen er ook sprake was van wateroverlast samen met president Chandrikapersad Santokhi gaan oriënteren op plekken waar er sprake was van wateroverlast en op sommige plekken heeft de minister ingegrepen.
Schade die burgers ondervinden is zelfs moeilijker te betalen want het besteedbaar inkomen van de overheid neemt toe met een toenemende koers, maar van de burgers neemt juist af
Toch mag regulier onderhoud niet verwaarloosd worden, want dat zorgt ervoor dat de schade die burgers ondervinden aan wateroverlast tot een minimum wordt beperkt. De minister moet dus dezelfde hoge standaard die hij terecht verwacht van de burgerij eisen van het werk van het ministerie. Want zoals Nurmohamed zelfs aangaf is alles duur. Schade die burgers ondervinden is zelfs moeilijker te betalen want het besteedbaar inkomen van de overheid neemt toe met een toenemende koers, maar van de burgers neemt juist af.
De samenleving gaat in deze niet vrijuit. Wanneer het water wegtrekt is namelijk te zien hoeveel afval gedumpt wordt in de kreken, kanalen en trenzen die voor de afvoer moeten zorgen. Dan zorgen we zelf ervoor dat het water blijft zitten, want afvoeren slibben sneller dicht als naast natuurlijke begroeiing ook afval het water stremt.
In deze is dus niet alleen het OW-ministerie de schuldige, maar ons eigen gedrag zorgt ervoor dat we dieper in de put komen te zitten. Het is vooral in deze moeilijke tijd meer dan ooit nodig dat we dat erkennen en ook er ook bewuster mee omgaan.