Live nieuws en radio streams uit Suriname!


Home » Surinaams nieuws » Bushouders willen beroepsinstantie om klachten in te dienen

Bushouders willen beroepsinstantie om klachten in te dienen

Bushouders in dienst van de overheid, met name het ministerie van Onderwijs, Wetenschap en Cultuur (minOWC) hebben graag dat er een beroepsinstantie op dit departement in het leven geroepen wordt. Ze zijn van mening dat hun klachten niet gehoord worden en dat dit met een beroepsinstantie wel het geval zal zijn. De bushouders hebben dit aangehaald tijdens een vergadering van de Organisatie van Bus- en Boothouders in Suriname (OBS) eerder deze maand.

Op de meeting is er gesproken over de manier waarop de bushouders worden behandeld op het minOWC. Ze worden van het kastje naar de muur gestuurd. “We weten soms ook niet waarvoor we moeten rijden wanneer we worden ingezet op een bepaald traject. Van de OBS krijgen we een bepaald bedrag, maar bij de uitbetaling zien we een ander bedrag op de kwitantie”, is een van de klachten.

De groep ervaart dit als lastig en zegt dat ze nergens terecht kan, behalve haar misnoegen te uiten bij het OBS-bestuur. Het zit de bushouders ook dwars dat ze niet correct worden uitbetaald voor het onderhouden van trajecten die ze toegewezen hebben gekregen.

OBS-voorzitter Antonius Pokie legt uit dat er een hiërarchie is binnen het minOWC. “Wij hebben meer te maken met het hoofd van Vervoer.” Hij legt uit dat wanneer de bushouders geen voldoening bij deze functionaris vinden, er wel een mogelijkheid moet zijn dat ze hun klachten bij een hogere instantie indienen. Behalve het hoofd Vervoer is er naast de onderdirecteur van de Technische Dienst niemand anders bij wie de bushouders kunnen aankloppen.

“Het proces om te komen tot een beroepsinstantie gaan wij zodanig moeten regelen dat wanneer de bushouders op lager niveau geen voldoening krijgen, ze toch bij een meerdere terecht kunnen”, stelt Pokie. Hij zegt dat het bestuur hiervoor in contact zal treden. Hij meent dat de mogelijkheid voor een beroepsinstantie wel bestaat. De bushouders zullen die mogelijkheid moeten oppakken en het ministerie zal ook de kans moeten benutten.