Live nieuws en radio streams uit Suriname!


Home » Surinaams nieuws » BESCHOUWING — Wat heb je nodig?

BESCHOUWING — Wat heb je nodig?

Aankomen in een vreemd land en meteen als vee worden gebrandmerkt. Je wordt niet als mens beschouwd, maar als kroesvee. Dit gebeurt nadat je een gruwelijke reis op een boot hebt overleefd. Je moet koffiebonen oogsten onder de brandende zon tot je erbij neervalt; dag in, dag uit. En dan moet je toekijken hoe je vriend wordt gegeseld, omdat hij even te lang uitrustte. Een kleine fractie van hoe de slavernijperiode eruit zag.

Tekst en beeld Kevin Headley

Het is absoluut noodzakelijk om een plek te creëren waar het slavernijverleden tastbaar kan worden gemaakt met behulp van beelden, voorwerpen en verhalen. Deze locatie moet jaar in, jaar uit, bezocht kunnen worden om te leren over de pijnlijke momenten uit het verleden. Maar ook over de triomfen van de verzetshelden die hebben bijgedragen aan de afschaffing van de slavernij. Het moet een omgeving zijn die het bewustzijn vergroot over het slavernijverleden en de impact ervan op groepen in Nederland, de Nederlandse Antillen, Indonesië en Suriname bevordert.

“Het koloniale verleden of de koloniale overheersing zit letterlijk en figuurlijk in het DNA van Suriname”

Er wordt nu veel gesproken over het opzetten van een slavernijmuseum in Nederland. Zo een instituut is zeker van waarde voor Nederland, maar voor Suriname hoeft dat niet, aangezien het land op zich een slavernijmuseum is. Immers, op deze grond hebben de gruwelijkheden zich voltrokken.

Tijdens een snelle wandeling in de binnenstad van Paramaribo komt men al snel een woning van plantage-eigenaar Susanna du Plessis tegen, het Waaggebouw, waar producten, zoals koffie en suiker, werden gewogen en het Onafhankelijkheidsplein, waar de tot slaaf gemaakten werden toegesproken bij de verklaring van hun vrijheid op 1 juli 1863. Straatnamen, zoals de Van Sommelsdijck- en Wilhelminastraat en monumenten, zoals het standbeeld van Kwakoe, verwijzen naar het verleden.

Plekken en voorwerpen die ‘spreken’

Woningen van vroegere plantage-eigenaren worden momenteel gebruikt als kantoor en sommige worden gerenoveerd met als doel ze in te zetten als museum, zoals het Elisabeth Samsonhuis. Cynthia McLeod heeft een aantal keren rondleidingen verzorgd in de binnenstad en verschillende verhalen van de gebieden en plekken verteld.

Plantages zijn gerehabiliteerd en bieden bezoekers informatie over het verleden. Koffie en cacao worden nog steeds geproduceerd in Suriname; zij het op kleine schaal, zoals op plantage Katwijk en door het bedrijf Tan Bun Skrati.

Voorwerpen uit de slavernijperiode zijn te bezichtigen in het Surinaams Museum. Het gemeenschapscentrum Naks draagt bij aan de bewustwording van de Afro-Surinaamse cultuur. Het verleden is in Suriname ruimschoots aanwezig.

Het land werd in 1651 als plantagekolonie door de Engelsen gesticht. Bij de Vrede van Breda tussen de Verenigde Nederlanden en Engeland (1667) werd het Nederlands bezit, in ruil voor Nieuw-Amsterdam, het huidige New York.

Excuses

Volgens informatie van The Black Archives werd de slavernijperiode in Nederland eeuwenlang beschouwd als een prachtige periode voor de ontwikkeling van het land, de Gouden Eeuw. Over de misstanden – onderdrukking, pijn, vernedering, mishandeling en moord op de tot slaaf gemaakten – werd nauwelijks gesproken en die informatie werd onder het tapijt geveegd. De afgelopen jaren is er meer bewustwording gekomen over het pijnlijke verleden, onder meer door The Black Archives.

Mijlpalen daarbij zijn zeker de excuses van het Nederlandse kabinet op 19 december 2022 en de koning op 1 juli 2023. Maar er moet meer gebeuren. Nog veel mensen moeten begrijpen dat de slavernijperiode nog steeds doorwerkt in het heden, onder meer door de armoede en achtergesteldheid van de bevolking. Daarvoor mag en moet er een instituut in Nederland komen, maar in Suriname moeten de bestaande erfgoedinstellingen worden versterkt, omdat ze al jaren bezig zijn met die bewustwording, maar de impact stagneert.

Het Surinaams Museum heeft jarenlang geen subsidie gekregen om activiteiten te kunnen ontplooien en kan met moeite bijvoorbeeld rondleidingen bij Fort Zeelandia organiseren. Het Nationaal Archief Suriname voert met veel kunst en vliegwerk zijn activiteiten uit, maar de dienstverlening aan de samenleving stagneert vaak door problemen met servers en het op peil houden van het klimaat in het gebouw om de archieven veilig te stellen, omdat geld om de problemen snel aan te pakken ontbreken. Er kunnen niet regelmatig exposities over het slavernijverleden worden georganiseerd door geldgebrek.

Disbalans

Er is een duidelijke disbalans tussen Nederland en Suriname op dit gebied, waar in Nederland activiteiten over het slavernijverleden elkaar in rap tempo volgen of elkaar overlappen. In Suriname gebeurt er nauwelijks iets. Mensen zijn aan het overleven, waardoor ze geen tijd hebben om zich te verdiepen in de geschiedenis of erbij stil te staan.

Daar kan Nederland inspelen door versoepelingen in regelingen aan te brengen, waardoor organisaties en anderen in staat zijn in te spelen op het herdenkingsjaar van het slavernijverleden. Niet omdat het moet, maar het is wel een mooi gebaar naar de voormalige kolonie. Grote delen van Nederland zijn namelijk ontwikkeld met de opbrengsten van het slavernijverleden.

Nederland en Suriname kunnen – eigenlijk mag worden gezegd moeten – samenwerken aan een gezamenlijk plan over hoe het slavernijverleden in beide landen kan worden belicht. Dat plan moet omvatten de manieren waarop die periode zichtbaarder kan worden gemaakt, zoals het organiseren van exposities, lezingen, discussies en presentaties.

Ook moet aandacht worden besteed aan verder onderzoek naar het verleden en de voortdurende impact ervan. Het koloniale verleden of de koloniale overheersing zit letterlijk en figuurlijk in het DNA van Suriname. De doorwerking van het slavernijverleden is nog dagelijks merkbaar op sociaal, economisch en politiek gebied. Beide landen bekijken het verleden ook vanuit hun eigen perspectief. Het is van groot belang om de overeenkomsten en verschillen te delen, zodat ze elkaar beter kunnen begrijpen.

Geschiedenis ‘herschreven’

Nederland heeft er baat bij om Suriname te ondersteunen met kennis en geld, bijvoorbeeld door toegang te bieden tot fondsen, omdat beide landen een gedeelde toekomst hebben dankzij de persoonlijke wederzijdse relaties. Er zijn al mooie samenwerkingsverbanden geweest om het slavernijverleden te belichten, zoals de expositie ‘Manspasi’, waar The Black Archives samenwerkte met Naks en het Nationaal Archief Suriname. Na het herdenkingsjaar van het slavernijverleden is het van groot belang om door te gaan met het belichten van dit deel van de geschiedenis van Suriname en Nederland. Deze samenwerkingen kunnen verder worden uitgebreid en verdiept.

Een belangrijk element in dit geheel is het onderwijs. In Suriname werd lange tijd een eurocentrische geschiedenis van het land onderwezen. Door meerdere en diverse perspectieven, zoals die van Anton de Kom op te nemen in het onderwijs, is het begrip van het verleden veranderd. Verzetsstrijders die eerder werden gecriminaliseerd, worden nu als helden gezien en momenten van verzet tegen het gezag worden nu beschouwd als strijd tegen onderdrukking. De eigenwaarde van velen is gegroeid en dit moet worden voortgezet.

We zullen stap voor stap vooruitgang boeken en een belangrijk onderdeel daarvan is het blijven communiceren over het verleden. De belangrijkste vraag die Nederland aan Suriname moet stellen is: ‘Wat heb je nodig?’