Live nieuws en radio streams uit Suriname!


Home » Surinaams nieuws » BESCHOUWING — Reshuffeling-sprookje zal weinig opleveren

BESCHOUWING — Reshuffeling-sprookje zal weinig opleveren

President Chandrikapersad Santokhi zal naar verluidt zijn al jaren beloofde reshuffeling van zijn ministersploeg doorvoeren. Minister Albert Jubithana van Transport, Communicatie en Toerisme nam afgelopen week alvast een voorschot daarop en diende zelf zijn ontslag in, al beweert hij dat dit niets met de op handen zijnde grote schoonmaak heeft te maken. Maar maakt het wat uit? En zal het vervangen van bewindslieden enig positief effect hebben op het regeerbeleid?

Tekst Armand Snijders

Beeld dWT archief

Al bij het eenjarige bestaan van de regering was er sprake van dat er ministers zouden worden vervangen. Er was grote ontevredenheid over de verrichtingen van een aantal bewindslieden van het oorspronkelijke dreamteam dat Santokhi op 16 juli 2020 had gepresenteerd. Maar uiteindelijk draalde Santokhi, vooral onder zware druk van vicepresident Ronnie Brunswijk die helemaal niets voelde om de kneusjes uit zijn partij het veld te laten ruimen.

“Een reshuffeling heeft nu iets van ‘als het kalf verdronken is, dempt men de put’”

Echter, Santokhi werd door Brunswijk wel gedwongen om Diana Pokie op het ministerie van Grondbeleid en Bosbeheer (GBB) te vervangen door Dinotha Vorswijk, die in tegenstelling tot haar voorganger wel als een slaafs hondje doet wat de Abop-voorzitter haar opdraagt. De president knikte tot ieders verbazing ja en amen en Vorswijk kon doen wat zij (lees: Brunswijk) wilde.

Aanzwellende roep

Daarna bleef het lange tijd stil en stapelden de problemen rond het functioneren van diverse ministers zich op. Maar Santokhi negeerde de aanzwellende roep om een reshuffeling opnieuw omdat Brunswijk en zijn Abop dwars lagen. Wel verving hij partijgenoot Saskia Walden van Economische Zaken, Ondernemerschap en Technologische Innovatie en liet haar plaats innemen door Rishma Kuldipsingh van Arbeid, Werkgelegenheid en Jeugdzaken (AWJ). De zwakke Walden werd verweten dat ze veel te weinig deed aan de prijsopdrijvingen in de winkels, maar haar opvolger is wat dat betreft niet veel beter.

Overigens, Kuldipsingh’s opvolger bij AWJ, Steven Mac Andrew, maakte zichzelf begin dit jaar niet populair door de toegezegde verhoging van het wettelijke minimumloon zonder duidelijke motivatie deels terug te draaien. Dus Santokhi had met deze mutaties alleen maar meer problemen op zijn hals gehaald.

Nadien stapten nog drie ministers op: Armand Achaibersing van Financiën en Planning, die op eigen verzoek vertrok en Marie Levens van Onderwijs, Wetenschap en Cultuur en Silvano Tjong-Ahin van Ruimtelijke Ordening en Milieu moesten in februari van dit jaar hun biezen pakken nadat hun partij NPS uit de coalitie was gestapt. Dus in de eerste drie jaar zijn in totaal al vijf ministers vervangen, alleen niet door een reshuffeling.

Haperende trein

En hoewel deze na vele loze aankondigingen van regeringszijde er nu echt aan zit te komen – niet in de laatste plaats omdat Brunswijk daar nu wel voorstander van is – kan je je afvragen of het vervangen van pionnen nog wel zin heeft als het echte probleem duidelijk niet wordt aangepakt. En dat is het volledig ontbreken van transparant beleid en krachtig leiderschap.

Daardoor zal de ‘tweede helft’ vooral veel van hetzelfde worden maar met nieuwe gezichten. Trouwens, betwijfeld kan worden of er nog mensen die hun zorgvuldig opgebouwde reputatie op het spel willen zetten en zelfs te grabbel willen gooien door in de haperende trein te springen.

Maar volgens Brunswijk wordt de reshuffeling een feit als “de grote baas”, die de afgelopen week in België was voor een EU-Celac Summit, terug is. Hij is zaterdag weer in Suriname geland en zal mogelijk maandag de wijzigingen in zijn dreamteam bekendmaken. En niet alleen bij ministers, maar ook directeuren bij de ministeries, parastatale bedrijven en raden van commissarissen zullen er verschuivingen plaatsvinden, zei Brunswijk tegen de STVS.

Albert Ramdin

Ook minister Albert Ramdin van Buitenlandse Zaken, International Business en Internationale Samenwerking (Bibis) liet doorschemeren dat Santokhi nu eindelijk een knoop heeft doorgehakt over wie moet gaan en wie mag blijven. “Ik laat het reshuffelen van ministers over aan de president en de vicepresident”, zei hij.

Dat is een hele vreemde opmerking, want dat moet hij ook. Maar hij heeft zich in het verleden regelmatig uitgelaten over het mogelijke ontslag van bewindslieden, wat natuurlijk uit den boze is omdat hij zelf deel uitmaakt van de ministersploeg.

Met name binnen zijn eigen partij, de VHP, wordt de roep steeds luider dat vooral hij moet vertrekken. Hij wordt door zijn herhaaldelijke geblunder beschouwd als aangeschoten wild en niet meer door de achterban gedragen. Maar de kans dat Santokhi Ramdin op een zijspoor zet, is heel erg klein. Immers, hij is één van de weinige vertrouwelingen binnen het oorspronkelijke dreamteam die Santokhi nog heeft.

Ramadhin bovenaan de lijst

Wie er dan wel zullen worden vervangen, is de grote vraag. Amar Ramadhin van Volksgezondheid en Riad Nurmohamed van Openbare Werken staan samen met Rishma Kuldipsingh naar verluidt bovenaan de lijst voor wat VHP-kopstukken betreft. Ook wil men eigenlijk af van Parmanand Sewdien van Landbouw, Veeteelt en Visserij, maar hij heeft teveel machtige sponsors achter zich en daardoor nog teveel invloed binnen de oranje partij.

Aan de kant van Abop/PL worden in ieder geval de namen genoemd van Uraiqit Ramsaran van Sociale Zaken en Volkshuisvesting, die onder meer verantwoordelijk wordt gehouden voor de slechte wijze waarop de koopkrachtversterking wordt verstrekt. En of ook Kenneth Amoksi van Justitie en Politie en Dinotha Vorswijk van GBB worden vervangen, is helemaal afhankelijk van de bereidheid van Brunswijk. Want die zal uiteindelijk zijn zegen moeten geven, ook al is hij niet degene die daarover hoort te beslissen. Want dat is Santokhi.

Maar wie er ook wordt vervangen, het zal weinig tot niets uitmaken voor de resterende regeerperiode. Immers, het kwaad is de afgelopen drie jaar al geschied waardoor een reshuffeling nu iets heeft van ‘als het kalf verdronken is, dempt men de put’. Nieuwe poppetjes zullen het land niet opeens in de vaart der volkeren brengen en de samenleving naar het licht aan het einde van de donkere tunnel leiden. Dus met of zonder reshuffeling kan het volk vooralsnog alleen maar blijven dromen van betere tijden.