Binnen de Wet Huiselijk Geweld mag de rechter de volgende verboden of geboden opleggen aan de dader in een beschermingsbevel.
Verboden:
De rechter kan de dader(gedaagde) verbieden om:
• Het slachtoffer(verzoeker) te bedreigen met huiselijk geweld
• Zich te bevinden in de echtelijke woning.
• Zich te bevinden in de door het slachtoffer regelmatig bezochte ruimten.
• Zowel direct als indirect (via telefoon, app. of sms) in contact te treden met de verzoeker.
• Belangrijke goederen van het slachtoffer weg te nemen of te vernielen.
• Het slachtoffer binnen een bepaalde afstand te benaderen.
Geboden
De rechter kan bepalen dat de dader :
• Goederen die de dader in zijn/haar bezit of macht heeft aan het slachtoffer teruggeeft.
• Schade vergoeding betaalt voor materiele schade.
• Een voorlopige financiële vergoeding aan het slachtoffer geeft, ten behoeve van het slachtoffer en elk kind.
• De echtelijke woning ontruimt.
• Iedere vuurwapenvergunning of ieder vuur-of ander wapen aan de politie afstaat.
• Zijn/haar betalingsverplichtingen met betrekking tot huur of hypotheek van een onroerend goed dat gebruikt wordt door het slachtoffer voldoet of continueert.
• Een behoorlijke verzorging van de partner, het kind of de behoeftige garandeert.
• Professionele hulp of therapie ondergaat.
Een beschermingsbevel kan alle andere gebods-of verbodsbepalingen inhouden, als waarmee het slachtoffer of dader heeft ingestemd.
Aan wie wordt een beschermingsbevel geboden?
• Vrouwen
• Mannen
• Kinderen
• Ouders (grootouders)
• Behoeftigen (die afhankelijk zijn)
The post Verboden of geboden in een beschermingsbevel appeared first on Korps Politie Suriname.