Volgens oud-president Jules Wijdenbosch gaat het de goede kant op met Suriname. Het “geloof in eigen kunnen” begint langzaam maar zeker zijn vruchten af te werpen. Dit was de rode draad die de in groten getale aanwezige gasten van stichting Collectief Overzee Suriname voorgeschoteld kregen op een speciale lezing afgelopen woensdag in Amsterdam.

De heer Wijdenbosch gaf aan dat de huidige regering het belang van de private sector inziet en erkend als belangrijke partner in de ontwikkeling van Suriname. Dit in tegenstelling tot voorgaande regeringen die de ontwikkelingssamenwerking met Nederland onvoldoende hebben benut. “Het is deze private sector die voor de Surinamers in het buitenland, met een onderneming of een ondernemende geest, een braakliggend terrein is en enorme kansen te bieden heeft” aldus Wijdenbosch.

Suriname maakt deel uit van de CARICOM en de UNASUR hetgeen betekent dat in belangrijke regionale handelsblokken de markten zijn opengesteld voor ondernemers in Suriname en daarmee ook voor ondernemers van Surinaamse origine in het buitenland. In het stimuleren van de private sector zal de Surinaamse overheid voorwaarden scheppend moeten zijn en dient zij zorg te dragen voor stabiliteit, eenvoudig werkbare en efficiënte regelgeving. Hij pleitte ook voor strategische allianties met buitenlandse ondernemingen, waarbij de voorkeur uitgaat naar Surinaamse ondernemers in het buitenland.

De zaakgelastigde Mw. Mr. C. Doekhie(r) met enkele prominenten zoals Andre Haakmat, Julian With. (Foto: Stichting COS)