Vrouwen met grote borsten ontwikkelen vaker borstkanker. Mogelijk stimuleert het geslachtshormoon oestrogeen zowel de groei van de melkklieren als van tumoren.

Tot die conclusie komen onderzoekers van het genetische bedrijf 23andMe na een studie onder 16.000 vrouwen.

Genetische mutaties (‘foutjes’) die samenhangen met de borstomvang bleken ook in verband te staan met borstkanker.

Een aantal van deze mutaties zijn betrokken bij het reguleren van het geslachtshormoon oestrogeen.

De dichtheid van de borst werd al eerder in verband gebracht met de kans op kanker, voor een verband met de borstgrootte waren echter nog geen aanwijzingen.

Na een genetische analyse blijkt dat van de zeven kleine mutaties in de genen die sterk samenhangen met de borstomvang, er drie ook invloed hebben op de ontwikkeling van borstkanker.

“Uit ons onderzoek blijkt dat bepaalde genvarianten zowel de kans op borstkanker als de natuurlijke variatie in borstgrootte beïnvloeden”, vertelt onderzoeker Nicholas Eriksson.

“De precieze relatie tussen borstgrootte, borstdichtheid, overgewicht en borstkanker blijft lastig te bepalen. Maar als we de biologie erachter beter begrijpen kunnen we wellicht nieuwe screeningsmethoden ontwikkelen.”

Volgens Eriksson is vervolgonderzoek noodzakelijk om meer zicht te krijgen op de relatie. De resultaten van het onderzoek verschenen in het tijdschrift BMC Medical Genetics.

(nu.nl)