Naar aanleiding van het bericht verschenen in Dagblad Suriname onder de kop ‘Inspecteur Pelswijk hervat werkzaamheden’, wenst slachtoffer Soeniel M. te reageren. In een exclusief interview met Dagblad Suriname vertelt Soeniel dat hij vastberaden is de civiele rechter te addiëren. Hij hield de krant voor wat hem allemaal is overkomen. Op vrijdag 6 juli werd hij beschoten door politie-inspecteur Pelswijk op de Julianastraat te Nieuw Nickerie. Het feit heeft zich voorgedaan omstreeks 23:00 uur. De inslag is van dien aard geweest dat operatief ingrijpen met de meeste spoed nodig was. Zijn naaste familieleden hebben ervoor gezorgd dat hij niet in shock verkeerde als gevolg van bloedverlies. Dat hij nog leeft, is te danken aan zijn familie, maar aan de andere kant zal de claim op de overheid minder worden. Telkenmale vraagt Soeniel tijdens het gesprek zich af wat er zou gebeuren als hij kwam te overlijden. “Wie zou instaan voor de consequenties”, vraagt het slachtoffer zich af.

Inspecteur Pelswijk en brigadier W. waren op die bewuste avond precies naast de ouderlijke woning van Soeniel om een collega op te halen. Soeniel fietste nietsvermoedend naar huis. Op zijn inrit hoorde hij iemand uit een politievoertuig hem met “hallo meneer” aanspreken. Het politievoertuig is toen een paar meters opgereden en gestopt op zijn inrit. Soeniel gaf zijn personalia door op verzoek van de politie. Hem werd voorgehouden dat de politie hem nodig had, zonder enige mededeling. Soeniel werd gepakt bij zijn kraag. Inspecteur Pelswijk stopte zijn hand in Soeniel’s broekzak en haalde een body cream, huissleutel en een pijp waarmee hij zijn verboden spul gebruikte. Soeniel was drugsgebruiker en volgens zijn verklaring is hij thans afgekickt. Pelswijk vroeg hem: “Pe a lai de”. Soeniel zei hierop: “Mi no ab lai inspec”. Er werd een onderzoek verricht aan de kleding van de man zonder dat de agenten drugs vonden. Soeniel vroeg aan de agenten als hij zijn moeder mocht melden voor het geval de politie hem zou meenemen. Dit werd hem geweigerd. Onder alle omstandigheden mocht hij niets mededelen aan zijn moeder, ook niet zijn rijwiel overdragen. Het verwijt was hem niet bekend.

Soeniel haastte zich om door te geven dat wegens huiselijke problemen, hij af en toe werd opgehaald door de politie. Volgens hem werd hij onterecht opgesloten in een isoleercel onder erbarmelijke omstandigheden. Hij werd vaak in de boeien geslagen en onder bizarre omstandigheden geplaatst. Hiervan heeft hij een trauma opgelopen. De politie was in de buurt voor een ander doel en wilde hem opnieuw onder slechte omstandigheden plaatsen zonder dat aan hem werd medegedeeld waarvan hij werd verweten. Soeniel wilde niet van zijn vrijheid worden beroofd op deze manier. De politie was niet bezig met een razzia, maar voor even bij de buren. Voorts had dit optreden niets te maken met de ‘Tigri Barba’-operatie van de politie. Op een onbewaakt moment zag hij zijn kans schoon om zich uit de voeten te maken. Tot zijn verbazing hoorde hij een schot afgaan en kreeg een branderig gevoel in zijn buik en zitvlak. Hij kon zich niet voorstellen dat in de kleine Nickeriaanse gemeenschap waar haast een ieder elkaar kent, een inspecteur op de koop toe op hem had geschoten. Soeniel hield zich schuil in een bosschage aan de Westkanaalstraat. “Niemand heeft zich ontfermd over mij en de agenten reden weg samen met mijn buurvrouw”, zei het slachtoffer. Hij werd in allerijl door zijn zwager vervoerd naar de Spoedeisende Hulp van het Dr. Lachmipersad Mungra Streekziekenhuis Nickerie. Hoofdinspecteur Stanley Benschop en Pelswijk vergezeld van brigadier W. arriveerden omstreeks 01:00 uur in het SZN. Wat hij zich kan heugen, is dat hij nog hevig bloedde.

Na de ingreep werd hij geboeid aan zijn ziekbed en onder politiebewaking geplaatst alsof men met een zware crimineel te maken had. Soeniel heeft twee weken doorgebracht in het ziekenhuis. Tot tweemaal toe werd hij geopereerd en hij moest een intensieve behandeling van twee weken ondergaan. Hij kreeg daarna een vrijstellingsformule van de politie waarop stond dat er geen verdere vervolging volgt. Soeniel heeft een verklaring afgelegd ten overstaan van de afdeling OPZ. Er is ook een buurtonderzoek verricht door de zonen van hermandad. Op 3 januari 2012 had een politieagent ook op hem geschoten. Volgens Soeniel was hij toen onschuldig. Gelukkig werd hij niet geraakt. Hij gebruikte veel drugs en kreeg af en toe mot met zijn huisgenoten. Door het schot dat afging van het in bruikleen afgestane vuurwapen aan de inspecteur van politie Pelswijk kan Soeniel niet meer werken zoals vroeger. Hij heeft problemen met de stoelgang. Hij kan niet meer goed lopen en slapen. Hij is aangewezen op aangepaste voeding wegens opgelopen letsels in zijn onderbuik. Soeniel denkt dat hij voor 75% is aangetast in zijn vrije doen en laten. Juristen hebben hem voorgehouden dat er hier kennelijk sprake is van machtsmisbruik van de politie.

Het proportionaliteitsbeginsel is geschonden door een inspecteur van politie. Hij kon ook het leven hebben gelaten zoals dat het geval was met de manjadief die enkele jaren geleden werd doodgeschoten aan de Limesgracht. Burgers moeten worden beschermd tegen de machtige overheid en haar werkarmen. Bij schendig hiervan spreekt men van een onrechtmatige overheidsdaad. Er zijn genoeg gevallen bekend van onrechtmatig politieoptreden. Volgens de jurisprudentie werd de overheid gevonnist voor een geval waarbij een verdachte bij zijn aanhouding een oog verloor. In een ander geval is iemand onterecht in zijn onderbeen geschoten. Hij was geen verdachte en reed als duorijder op een bromfiets. Een politieagent schoot op betrokkene teneinde hem te arresteren. Er was sprake van ‘error in persona’. De Staat Suriname werd veroordeeld om schadevergoeding te betalen. Thans heeft de benadeelde met de betaalde schade een pick-up gekocht en die verhuurd aan het directoraat Openbaar Groen. Soeniel heeft genoeg aanknopingspunten om de Staat Suriname te slepen voor het gerecht. Zijn familie heeft reeds een voorschot betaald aan een topjurist. Het wachten is wanneer de strafzaak wordt afgerond. Met dit condemnatoire vonnis kan de civiele vordering worden ingesteld. Dagblad Suriname zal deze casus op de voet blijven volgen voor zijn lezers

N. Ramjiawan