Live nieuws en radio streams uit Suriname!


Home » Surinaams nieuws » “Onze nieuwe vrienden”

“Onze nieuwe vrienden”

Wereldwijd, dit is beslist niet de eerste keer, regent het klachten over de kwaliteit van producten uit de Volksrepubliek China. Terwijl het ene na het andere schandaal over de ondeugdelijke kwaliteit van het gemiddelde Chinese product zich openbaart, gaan na de ontvangst van aalmoezen uit dat land, wereldwijd letterlijk alle deuren ongebreideld wagenwijd open voor deze rooie invasie.

Vergiftigde Chinese producten zoals matrassen, speelgoed, tandpasta, nep-medicijnen, ondeugdelijke automobielen en vliegtuigen, is een regelrechte bedreiging voor de volksgezondheid van alle landen die zich lenen voor een feitelijke overspoeling die de expansionistische buitenlandse politiek van China met zich meebrengt. Zo heeft toxicologisch onderzoek in Rotterdam enige tijd geleden uitgewezen dat er in de door China geproduceerde en uitgevoerde matrassen, een cocktail van giftige stoffen zit. Het kankerverwekkende dichloorethaan en benzeen vormen daar een onderdeel van.

Benzeen veroorzaakt leukemie (bloedkanker), dichloorethaan kan het hart- en vaatstelsel aantasten en is slecht voor de ademhaling en het centraal zenuwstelsel. Vooral kinderen, die gevoeliger zijn en minder wegen, zouden niet op zulke matrassen moeten slapen. Het Chinese speelgoed, alleen al in de Verenigde Staten, 18 miljoen stuks getraceerd, bevat teveel lood en is dermate slecht van kwaliteit dat er, voor peuters, levensgevaarlijke onderdeeltjes met het grootste gemak losraken, op gevaar van het doorslikken daarvan door de spelende kinderen.

Eerder stelde ook de Amerikaanse regering een onderzoek in, met als kerntaak, de problemen rond de veiligheid van Chinese importproducten in kaart te brengen. De uitkomst van dat onderzoek leidde ertoe dat de controle en beperkingen van de import van die producten drastisch werd aangepakt. In Nigeria werd net zoals in talrijke andere landen, alle Chinese tandpasta uit de handel gehaald. Ook in Nederland en Spanje werden massaal ondeugdelijke matrassen en kinderspeelgoed, zoals auto’s en barbiepoppen aangetroffen en subiet uit de handel gehaald.

De Chinese regering roept intussen op, om geduld met haar productkwaliteit te willen hebben. Zij zegt dat China tijd nodig heeft om aan de westerse normen voor productkwaliteit te kunnen voldoen. “China tenslotte, is nog een land in ontwikkeling”, aldus een regeringsconclusie die op de wereldwijde commotie volgde.

Deze roep van China is verre van reëel, omdat een ontwikkelingsland nimmer in staat kan worden geacht, de grootste schuldeiser van de Verenigde Staten van Amerika te kunnen zijn en nog minder een dermate grote volksverhuizing van haar inwoners wereldwijd te kunnen financieren. Derhalve dient deze geveinsde oproep voor clementie, te worden gerangschikt onder de noemer misleiding.

Door acceptatie van het verhandelen van giftige en levensgevaarlijke producten, het ondergraven van de detailhandel, de bouwsector de wegenbouw en daarmede samenhangend, de eliminatie van de middenstand, in de ontwikkelingslanden waar de Chinezen massaal neerstrijken, dreigt de volkspopulatie in die landen in de loop der tijd gast in eigen vergiftigd land te worden. De wereldwijd verspreidende influx van Chinese staatsburgers is een welbewust gevoerde expansie politiek.

Economische infiltratie vormt hierbij de as van het grote kwaad dat landen met zwakke economieën – Suriname is daar een goed voorbeeld van – doet veranderen in een Wingewest voor China. Want hoe kan een land dat zichzelf kwalificeert als “ontwikkelingsland”, zich zonder geheime agenda’s profileren als donorland?

Het is bovendien publiek geheim dat de Chinese immigranten de in de landen waar zij neerstrijken, de zuivere winsten in financieel economische zin, niet met een “return of invest” in hun gastlanden terug doen vloeien. Door o.a. zelf illegaal “cambio wisseldiensten” te verlenen, onttrekken zij voorts geld aan de economische wetmatigheid van herinvesteren en vloeit de vreemde valuta die zij daarmee opstrijken rijkelijk naar hun land van oorsprong.

In verschillende Afrikaanse landen zijn de autochtone bewoners inmiddels dermate afhankelijk geworden van de Chinese gemeenschappen die aldaar zijn neergestreken, dat er feitelijk sprake is van het zijn van gast in eigen land. Dat er in Suriname sommige mensen rondlopen, die zich naïef blindstaren op de regelmatig verstrekte cadeau´s van allerlei aard en de nieuwe Chinezen liefkozend “onze nieuwe vrienden” noemen, is ronduit betreurenswaardig.

Staan die naïevelingen stil bij de eenzijdigheid van die vriendschap? Zien zij de nieuwe Chinezen zich integreren binnen de leefgemeenschappen waar zij neerstrijken en al helemaal, zien zij die nieuwe burgers van die ontwikkelingslanden, waaronder Suriname, zich relationeel mengen met lokale bevolkingsgroepen? De liefde komt puur berekenend, slechts van één kant en is die kreet als zouden de nieuwe Chinezen “onze nieuwe vrienden” zijn ronduit bekrompen te noemen. De nieuwe Chinese immigranten in ontwikkelingslanden zijn de beste vrienden van de portemonnees van de lokale bevolkingen, niets meer en niets minder.

Roy Raymond de Miranda


Posted

in

by