Live nieuws en radio streams uit Suriname!


Home » Surinaams nieuws » Gerard – Doksenclub – van den Bergh: ‘Prijs van kip zou best kunnen dalen’; doksenexporteur zet eerste stap naar goedkoper kippenvlees

Gerard – Doksenclub – van den Bergh: ‘Prijs van kip zou best kunnen dalen’; doksenexporteur zet eerste stap naar goedkoper kippenvlees

door Irwin Wist — De Doksenclub wil niet al zijn eieren onder één kip leggen en begint daarom, na de succesvolle introducties van doksenvlees en pluimveevoer van hoge kwaliteit, met de verkoop van kuikens.

Over enkele weken brengt Gerard van den Bergh, directeur van de Club, wekelijks 100.000 vleeskuikens op de markt. Daarnaast is het plan om elke drie weken 40.000 legkuikens aan te bieden. En dat voor een prijs die een flink stuk lager zal liggen dan kippenkwekers nu betalen.

De verkoop is officieel nog niet begonnen, maar via de mofokoranti bereikte het nieuws toch de kwekers met als gevolg dat nu reeds de bestellingen binnen stromen. Van den Berg verwacht dan ook dat de aantallen waar mee gestart wordt, snel omhoog zullen gaan.

En dat kan gemakkelijk, want zijn bedrijf kan nu al 500.000 kuikens per week in de markt zetten.

Goede eieren, scherpe prijs

De eieren voor de vlees- en legkuikens worden in Nederland en België ingekocht van de toonaangevende rassen Ross en Cobb; zij komen van moederdieren die 27 tot 45 weken oud zijn. Dat doet het bedrijf vanwege de kwaliteit: “Wij horen geluiden dat er veel verschil is in kwaliteit van kuikens,” legt Van den Bergh uit.

Kwekers klagen over grote verschillen bij inzet van vleeskuikens: sommige kuikens groeien uit tot forse kippen, andere blijven klein. “Als je een batch kuikens hebt, dan behoren die gelijkmatig te groeien, zodat ze allemaal dezelfde grootte zijn. Dan mag je niet teveel verschil in gewicht hebben.

Dat (de ongelijkheid, red.) kun je krijgen als de eieren niet van dezelfde batch moederdieren zijn, dan krijg je zo’n groot verschil. Als je een heel goede kwaliteit wilt hebben, dan moet je eieren gebruiken van een moederdier dat 27 tot 45 weken oud is. Als je eieren gebruikt van kippen die jonger of ouder zijn, zul je zien dat je kwaliteit achteruit gaat.”

“In Suriname gebruiken wij maar een gering aantal eieren. Dat maakt het moeilijk om binnen te komen bij de grote broederijen. Dat probleem hebben wij ook gehad toen wij begonnen met eendeneieren. Het is heel moeilijk om in Nederland aan kwalitatief goede eieren te komen voor een scherpe prijs, omdat je te klein bent.

Bovendien is het belangrijk dat je niet afgescheept wordt met restpartijen van oude kippen. Wij hebben een deal gemaakt met twee broederijen [in Nederland en België] om het risico te spreiden – bijvoorbeeld in geval van een dierziekte.”

Goedkoper

De prijzen worden scherp, en dat heeft te maken met het streven van De Doksenclub om lokaal geproduceerd kippenvlees goedkoper te maken. Vleeskuikens gaan 4,75 kosten, legkuikens gaan waarschijnlijk voor iets meer, ongeveer 6,25, over de toonbank.

Dat ligt aan het feit dat je voor vleeskuikens alle eieren kunt gebruiken, daar maakt het niet uit of je hennen of haantjes uitbroedt. Maar bij legkuikens heb je niets aan haantjes, en je kunt aan het ei vooraf niet zien of het een mannetje of een vrouwtje is. De haantjes kunnen dus niet verkocht worden en vanwege dat verlies zijn legkuikens altijd wat duurder.

De Doksenclub maakte na de devaluatie van de SRD enkele moeilijke jaren mee. Na die periode werd besloten om de inkomsten te spreiden. Er kwam een voerfabriek, die heel snel heel goed ging lopen omdat er veel vraag was naar kwalitatief goed voer: “De kwaliteit is zo goed dat zelfs bekende grote bedrijven hun voer bij ons afnemen,” zegt Van den Bergh.

Maandag komen technici uit het buitenland om de broedmachines in elkaar zetten. “Dat was een grote investering. We hebben daarnaast een nieuwe slachtlijn gekocht die ongeveer 6000 kippen per uur volautomatisch slacht.”

De slachtlijn wordt op 6 maart geïnstalleerd en wordt ook beschikbaar gesteld aan de kleine kweker. Die kunnen hun kippen aanleveren voor de slacht en krijgen die dezelfde dag schoongemaakt terug, en indien gewenst zelfs verpakt in de aangeleverde verpakking.

Slachten

“Twee jaar geleden is een nieuwe wet aangenomen. Zoals je niet een koe of een varken mag slachten en verkopen, mag dat ook niet meer bij kippen, daar moet iemand van de Veterinaire Dienst bij zijn,” legt Van der Bergh uit.

“Alleen, de overheid zat met een dilemma. Van de 150.000 kippen die lokaal worden uitgebroed, zijn er hooguit maar 50.000 die worden geslacht door 2 of 3 grote slachthuizen. En die andere 100.000, die worden geslacht in het grijze circuit, door mensen achter hun huis, met installaties die vaak niet goed zijn.

De overheid kon daar niets aan doen, want ze kunnen niet [alle kwekers in] heel Suriname platleggen waardoor er geen kip meer is. Wij hebben daarom gezegd dat wij een slachtlijn gaan bouwen, wij gaan investeren, en al die kleine kwekers die bang zijn dat zij straks hun werk kwijtraken omdat zij van de overheid niet meer mogen slachten, die kunnen voor een aanvaardbaar bedrag laten slachten, ISO-gecertificeerd. Dus de voedselveiligheid gaat omhoog.”

Van den Bergh verwacht dat de prijs van kip best zou kunnen dalen: “Ik verwacht dat we over enkele maanden machines erbij zullen moeten zetten omdat de vraag groter zou kunnen blijken dan die 100.000. Ik verwacht dat de importkip, zo’n 75.000 hele kippen per week, dat die niet meer nodig zal blijken en dat alles lokaal geproduceerd zal kunnen worden. En dat zou de werkgelegenheid in Suriname ten goede komen. De hele kiphandel is de afgelopen jaren gedomineerd door maar een kleine groep mensen. Enkele jaren terug heb ik daar heel vervelende ervaringen mee gehad.”

Import van ‘eetbaar afval’

“Tegen die 75.000 hele kippen zouden we wel kunnen concurreren, waar wij niet tegen concurreren zijn de kipdelen die binnenkomen. In Amerika willen ze de filet hebben, de rest noemen ze eetbaar slachtafval. Die wordt onder de kostprijs verkocht.”

Een nadeel daarbij is dat Suriname als enige in de regio slechts 40 procent invoerheffing vraagt, alle andere Caricomlanden hebben een gedeeltelijke tot volledige importstop, of rekenen tot wel 100 procent invoerrechten. “En dat hebben wij niet, omdat de overheid zich terecht afvraagt of wij die kip hier goedkoper kunnen krijgen. Want er is nog een heel groot deel van de bevolking die het niet breed heeft, maar die wij toch ook kip moeten kunnen leveren. En in mijn visie kan die prijs van kip naar beneden.”

Een van de duurste componenten bij het kweken van kip is het voer. Zijn er plannen om daar iets aan te doen? “Wij importeren voer uit Nederland, dat is per zak niet goedkoper, het is zelfs ietsje duurder, maar de voedselconversie is drastisch naar beneden gegaan.

Bij lokaal voer is de conversie tussen 1,8 en 2.0, dat wil zeggen dat je tot 2 kilo voer moet geven om één kilo vlees te krijgen. Bij ons voer is dat 1,4 en lager, en daar zit de winst. Mensen die goed kunnen rekenen vragen niet wat het voer kost, die vragen wat het oplevert.”

Op 4 februari komen de technici uit Nederland de machines installeren, daar zouden zij 14 dagen voor nodig hebben; met het broeden zou dus al op 18 februari kunnen worden begonnen. “Als wij inderdaad op de 18e gaan inzetten, dan kunnen wij op 12 maart de eerste kuikens kunnen verkopen. En daarna wordt er twee keer per week gehatcht.”

Libanonweg

Er is wel een grote bottleneck, vinden wij. Het bedrijf is ver en moeilijk te bereiken via de slechte Libanonweg. “Klopt. Wij verkopen een 150 ton in de week, en wij merken dat wij op dit moment alleen grote klanten hebben die regelmatig 5 of 10 ton voer komen ophalen. De kleine kweker komt niet omdat de weg in erbarmelijke staat verkeert.

Ver – ’t is 5 kilometer naar binnen en je moet het zo zien dat de grootste populatie van kwekers is in Lelydorp, daar zitten de grootste kwekers.

Wij zijn heel ver met de overheid dat de weg wordt verhard, en als de overheid doet wat zij heeft toegezegd, zou dat een heel groot effect hebben voor ons bedrijf.”

“Wij investeren miljoenen euro’s, en dat doen wij niet omdat ik het leuk vind, ik doe het uit bittere noodzaak. Ze denken allemaal dat die bakra het geld gemakkelijk verdient, maar het is gewoon keihard werken.”

Hoe het gaat met de verkoop van doksen in Trinidad? “Ja, goed! Wij moesten van Massy (de distributeur in Trinidad) alles opnieuw coderen zodat hun kassa’s het product konden accepteren. Dat is gedaan en ze zijn nu met de distributie bezig. We zijn nu bezig met Barbados, daar hebben we een agent die het product ook wil hebben. Met Jamaica zijn we ook bezig; nu er één schaap over de dam is, volgen er meer!”