Live nieuws en radio streams uit Suriname!


Home » Surinaams nieuws » Een beweging door alle partijen heen?

Een beweging door alle partijen heen?

Door Jan Gajentaan

De behoefte lijkt groot in Suriname en ook in andere landen aan een politieke beweging die als hoofdpunt heeft, het bestrijden van corruptie en vriendjespolitiek. Deze partij of beweging zou zich moeten inzetten voor transparant en democratisch bestuur. Deze behoefte is begrijpelijk, omdat corruptie, zelfverrijking en vriendjespolitiek bijna over ter wereld uit de hand dreigen te lopen.

We zien het fenomeen van corruptie zowel in westerse als niet-westerse landen. Het doet zich voor in het bedrijfsleven maar ook bij de overheid. We zien het uit de hand lopen in landen als Venezuela, maar ook in het meer democratisch ingestelde Brazilië speelt het ene grote corruptie schandaal na het andere. Zelfs China heeft ermee te maken, ondanks de buitengewoon strenge straffen aldaar.

Ook de regering Bouterse-Ameerali heeft uit veel hoeken het verwijt gekregen te laks op te treden tegenover corruptie, of zelfs corruptie te faciliteren. Volgers van de Surinaamse politiek weten dat DOE al jaren een hoofdpunt maakt van corruptiebestrijding. Ik ben het niet altijd eens met Carl Breeveld, maar hij lijkt mij een integere man. Toch lijkt het erop dat hij concurrentie krijgt. Ook de nieuwe partij PING! van Ramsoender Jhauw wil zich gaan profileren als anti-corruptie partij.

Als analist vraag ik mij af, of in Suriname alle heil verwacht moet worden van één enkele partij. Ten eerste, zal het in het Surinaamse districtenstelsel buitengewoon moeilijk zijn voor een one-issue partij om een zodanige positie te verwerven in diverse organen, dat zij hun woorden in daden kunnen omzetten. Te denken val t dan aan vertegenwoordigende lichamen zoals DNA, DR, RR. Maar ook aan de uitvoerende kant (president en vp, ministers, DC’s) zou een dergelijke partij sterk vertegenwoordigd moeten zijn om het systeem daadwerkelijk te veranderen.

Daarnaast ben ik de mening toegedaan dat een beweging die teveel rust op één leider, vaak weer leidt tot nieuwe vormen van corruptie, zelfs als de betreffende leider van goede wil is. Zo hebben we kunnen zien dat onder de huidige regering er wel opgetreden lijkt te worden tegen etnisch georiënteerde corruptie op ministeries, maar dat hiervoor in de plaats een meer partijpolitiek georiënteerde corruptie of bevoordeling is gekomen (loyalisten en/of familieleden van de machthebbers krijgen lucratieve opdrachten en vergunningen).

Daarom is het misschien een interessante gedachte, dat de bestrijding van corruptie en het nastreven van transparant bestuur niet alleen zal komen van betere wetgeving of van een one issue partij, maar ook of vooral vanuit een sterker bewustzijn door alle partijen heen. Integere mensen zijn er volgens mij in alle politieke partijen in Suriname en die zouden misschien meer van zich kunnen laten horen. De media kunnen dat ondersteunen.

Ik pleit niet voor een bijltjesdag, maar wel voor een gezonde kritische geest bij mensen van goede wil. Wellicht dat Suriname daarbij te kampen heeft met een psychologische erfenis van het kolonialisme, die ertoe leidt dat sommigen zich nog (te) volgzaam opstellen tegenover het gezag. In zekere zin is een “decolonising the mind” proces dus wel nodig. Daarbij is het van belang zich te realiseren dat degenen die zich nog “koloniaal” gedragen, soms de eigen leiders zijn.