Een fabeltje van Krylov (straks meer over hem). Eens in mei kozen de beestjes, met gedachten aan honing, een ongelikte beer tot de bewaker van hun bijenkorf. Zo’n functionaris hoort waakzaam en eerlijk te zijn; maar een beer is dol op honing en zijn eerlijkheid is maar pover. Hadden de beestjes dat niet kunnen inzien? Ach, de beestjes hebben zo’n…
“Die kerel heeft wat aan zijn snuit”
by