Live nieuws en radio streams uit Suriname!


Home » Surinaams nieuws » 8 Decemberstrafproces bereikt climax

8 Decemberstrafproces bereikt climax

Het 8 Decemberstrafproces bereikt vandaag, maandag 30 augustus, zijn climax. Vandaag staat de behandeling van de verzetzaak van hoofdverdachte Desi Bouterse op de rol bij. De Krijgsraad moet vonnis uitspreken in deze spraakmakende zaak. 

Decemebermoorden

De Decembermoorden of 8 decembermoorden is de gangbare term voor het in de nacht van 7 op 8 december en op 9 december 1982 martelen en vermoorden van vijftien tegenstanders van het militaire regime van Desi Bouterse. Voorzichtig kan gesteld worden, dat de gebeurtenissen in december 1982 de meest controversiële en gevoeligste zijn in de post-onafhankelijkheid van Suriname. Zowel in Suriname en bij de Surinamers in Nederland heeft deze gebeurtenis diepe sporen achtergelaten. De Nederlandse regering bevroor als reactie de ontwikkelingshulp aan Suriname. De zaak heeft veel invloed gehad op de ontwikkeling van zowel het sociaal-maatschappelijke alsook het politieke in ons land. 

Achtergrond

Er zijn twee gangbare verhalen omtrent het geheel. Een van beraamde moorden en de andere vanuit de militairen, waaronder Bouterse: het op de vlucht doodgeschoten verhaal. Vanaf 1980 waren in het land militairen aan de macht. De leider van de zogenaamde groep van 16 die de coup had gepleegd was Desi Bouterse. Na de machtsgreep beloofde hij verkiezingen. Dat gebeurde echter niet. Na ongeveer twee jaren, in 1982, veranderde de situatie geleidelijk aan helemaal. Het volk was ontevreden. Er was zelfs sprake van pogingen tot een tegencoup. Die slaagden echter niet. Ook vakbonden waren het oneens met de militairen en er werden acties gevoerd. De situatie in het land was grimmig. Onder die omstandigheden vonden de moorden plaats in 1982. 

De gebeurtenissen 

Nabestaanden, voormalige militairen en betrokkenen geven aan dat militairen in de avond van van 7 op 8 december 1982, zestien prominente Surinamers die het militaire regime van legerleider Desi Bouterse bekritiseerden van hun bed gelicht werden en overgebracht naar Fort Zeelandia werden. Dat was het toenmalige hoofdkwartier van het Militair Gezag. Daar werden zij eerst gemarteld en vermoord. Volgens verklaringen van getuigen werden de slachtoffers eerst ‘voorgeleid’ aan Bouterse. Van de zestien gearresteerden werd alleen vakbondsleider Fred Derby vrijgelaten; de overige vijftien werden doodgeschoten op Bastion Veere, een van de open ruimtes van Fort Zeelandia. De militairen die deel uitmaakten van het vuurpeloton, werd verteld dat het ging om de executie van personen die een coup tegen het militaire regime beraamden. Op 8 december 1982 rond 9 uur ’s avonds zei Bouterse in een verklaring die uitgezonden werd op de Surinaamse televisiezender STVS, dat tijdens kerstnacht 1982 een tegencoup gepleegd zou worden met hulp van buitenlandse krachten en dat deze coup vroegtijdig onschadelijk gemaakt was. Na de verklaring van Bouterse werd een fragment uitgezonden van de gearresteerde Jozef Slagveer. Slagveer zou deze verklaring onder druk hebben afgelegd. Ook André Kamperveen had een soortgelijke verklaring voor de camera afgelegd, maar omdat hij er erg toegetakeld uitzag, werd van zijn verklaring alleen het geluid uitgezonden. Nadat de mannen al overleden waren kwam Bouterse wederom op televisie. Hij zei in een verklaring, die op 10 december 1982 op de Surinaamse televisiezender STVS door de nieuwslezer werd voorgelezen: “Toen woensdagmiddag (8 december) het transport van de verdachten van het Fort Zeelandia naar de kazerne op technische problemen stuitte, werd besloten dit transport in de avonduren plaats te doen vinden. Bij dit transport ondernam een aantal der aangehoudenen, vermoedelijk op instigatie van twee der aangehouden militairen, een wilde vluchtpoging. Nadat schoten in de lucht hen niet van hun ontsnappingspoging konden weerhouden, moest gericht worden geschoten waarbij een deel der aangehouden samenzweerders het leven liet”.

De vijftien slachtoffers

De vijftien slachtoffers waren John Baboeram (36), advocaat. Bram Behr (31), journalist verbonden aan het communistisch weekblad Mokro. Cyrill Daal (46), voorzitter van de Moederbond (op dat moment de grootste vakbond van Suriname). Kenneth Gonçalves (42), advocaat en president van de plaatselijke Orde van Advocaten. Eddy Hoost (48), advocaat.

André Kamperveen (58), ondernemer, eigenaar van ABC Radio, voormalig minister van Jeugdzaken, Sport en Cultuur en vicepresident van de FIFA. Gerard Leckie (39), psycholoog en decaan van de Economische Faculteit van de Universiteit van Suriname. Sugrim Oemrawsingh (42), wis- en natuurkundige en voormalig parlementslid voor de Vooruitstrevende Hervormings Partij. Lesley Rahman (28), journalist verbonden aan het dagblad De Ware Tijd. Surendre Rambocus (29), luitenant die de leiding had van de couppoging van maart 1982 tegen Bouterse en in november 1982 door de Krijgsraad was veroordeeld tot 12 jaar gevangenisstraf. Harold Riedewald (49), advocaat. Jiwansingh Sheombar (25), militair die beschuldigd werd van betrokkenheid bij de couppoging van maart 1982 en hiervoor door de Krijgsraad veroordeeld werd tot 8 jaar gevangenisstraf. Jozef Slagveer (42), journalist en directeur van nieuwsagentschap Informa. Robby Sohansingh (37), ondernemer. Frank Wijngaarde (43), journalist en radio-omroeper werkzaam bij ABC Radio. De enige overlevende, de vakbondsleider Freddy Derby, deed op 8 december 2000 verslag van zijn ervaringen waarin hij aangaf dat Bouterse hem had gezegd dat hij moest blijven leven om voor kalmte te zorgen bij de toen “opstandige” vakbonden van Suriname.

Het proces en Amnestiewet 

Jarenlang werd er niets gedaan omtrent de zaak. De nabestaanden hebben jarenlang gestreden voor gerechtigheid. Op 1 november 2000, ruim een maand voor het aflopen van de verjaringstermijn, begon alsnog een gerechtelijk vooronderzoek, onder leiding van rechter-commissaris Albert Ramnewash. Vanaf 2007 vond een proces voor de Surinaamse Krijgsraad plaats. In maart 2007 bood Bouterse zijn excuses aan voor de moorden. Tegelijk pleitte hij voor amnestie voor de daders en hun medeplichtigen. Bouterse verklaarde slechts “politiek verantwoordelijk” te zijn voor de moorden. Hij gebruikte ook de woorden “Het was zij of wij”. Op 30 november 2007 begon voor de Krijgsraad het strafproces betreffende de Decembermoorden. Er waren 25 verdachten, onder wie Bouterse de enige hoofdverdachte was .Na aanvang van het proces heeft het op veel verzet gestuit. Bouterse zelf is nooit verschenen in de rechtszaal. Het proces werd in april 2008 opgeschort. Er zijn meerdere opstoppingen geweest. Zo zijn er ook meerdere wrakingsverzoeken geweest tegen de rechters. Die werden niet-ontvankelijk verklaard. Het process verliep traag, maar kwam wel op gang. 

In 2012 werd de wijziging van de Amnestiewet 1989 door de toenmalige NDP-fractie doorgevoerd in het parlement. Dat leidde tot vele internationale en lokale kritiek. Uiteindelijk werd de gewijzigde Amnestiewet toch goedgekeurd. Het 8 decemberproces werd hierdoor enkele jaren stopgezet. Uiteindelijk oordeelde de Krijgsraad dat de wet een inmenging was in een lopend proces en legde het terzijde. De gewijzigde Amnestiewet werd gedeponeerd bij het Constitutioneel Hof voor toetsing. Eerder dit jaar oordeelde het Constitutioneel Hof dat deze wet in strijd is met de Grondwet en internationale bepalingen. Afgelopen vrijdag werd de wet ingetrokken door het parlement. 

Belastende verklaring, requisitoir en eis

Ruben Rozendaal is van de getuigen tevens verdachten die belastende verklaringen heeft gelegd tegen Bouterse, zijn voormalige makker. Hij kwam eerst uit met ontlastende verklaringen, maar liet die intrekken. Hij verklaarde op 23 maart 2012 onder ede voor de rechter, dat Desi Bouterse destijds persoonlijk Cyrill Daal en Surendre Rambocus had doodgeschoten. In zijn nieuwe verklaring zei Rozendaal, dat Bouterse ook verantwoordelijk was voor de dood op Roy Horb, Roy Tolud en Wilfred Hawker. Hij verklaarde ook, dat Bouterse een drugsdealer en wapenhandelaar was. In december 2017 pleegde Rozendaal zelfmoord. Auditeur-militair Roy Elgin gaf in zijn requisitoir aan, dat de decembermoorden van 1982 ‘na kalm beraad en rustig overleg’ hebben plaatsgevonden. De voorbedachte rade is volgens hem voldoende komen vast te staan. De verdachte Desi Bouterse had tijd genomen om zich te beraden op het te nemen besluit. Hij had de gelegenheid gehad na te denken over de betekenis en de gevolgen van zijn voorgenomen daad en zich daarvan rekenschap te geven. Na een uitgebreid requisitoir kwamen de strafeisen. Auditeur-miltair Elgin stelde dat het bewijs niet is geleverd, dat hoofdverdachte Desi Bouterse zelf heeft geschoten. Hij was wel aanwezig in Fort Zeelandia. Bouterse heeft steeds ontkend dat hij aanwezig was in het fort tijdens de moorden. Elgin eiste twintig jaar onvoorwaardelijke gevangenisstraf tegen hoofdverdachte Bouterse. Hij was medepleger van de moorden, concludeerde het Openbaar Ministerie.

Uitspraak en verzet

Op 29 november 2019 werd hoofdverdachte Desi Bouterse tot twintig jaar gevangenisstraf veroordeeld. Nog zes andere verdachten werden tot straffen van tien of vijftien jaar veroordeeld. Tegen geen van de veroordeelden werd een arrestatiebevel uitgevaardigd. Bouterse tekende verzet aan. Hij verscheen uiteindelijk in 2020 toch voor de rechter. Destijds was hij nog president. Dat leidde tot enige problemen. Na de eerste zitting in de verzetzaak hield Bouterse een grote meeting met politieke toon op het plein. Hij stelde, dat de rechters hem met respect hebben behandeld. De veroordeelde bleef echter erbij dat de zaak een politiek proces is dat geleid wordt door witte mannen. De verzetzaak van Bouterse werd relatief snel behandeld. Afgelopen 30 juli was de zaak weer op de rol. De auditeur-militair Manro Danning heeft daarbij verwezen naar zijn eerdere requisitoir, waarbij 20 jaar cel werd geëist. Hij blijft daarbij. Hierna hield Irvin Kanhai, namens zijn client Bouterse, zijn pleidooi. Bouterse voerde het laatste woord. Op de vraag van de Krijgsraad-president Cynthia Valstein-Montnor of hij bereid was vragen te beantwoorden naar aanleiding van zijn laatste woord, heeft Bouterse zich beroept op zijn zwijgrecht. Na een schorsing werd bepaald dat de zaak op 30 augustus weer voorgaat. Dan zal het vonnis worden geveld. Het is nu afwachten wat de zaak vandaag voor de geschiedenis van ons land zal betekenen.