Live nieuws en radio streams uit Suriname!


Home » Surinaams nieuws » 22 maanden cel voor smokkel van 2 kilo cocaïne uit Suriname

22 maanden cel voor smokkel van 2 kilo cocaïne uit Suriname

De rechtbank in Noord-Holland heeft een in Suriname geboren man veroordeeld tot 22 maanden cel voor de smokkel van cocaïne. De verdachte is op 9 mei 2013 op een vlucht vanuit Suriname aangekomen op de luchthaven Schiphol. Hij had onder meer een bruine rolkoffer van het merk ‘Voyage’ bij zich. Bij een douanecontrole werden in de bruine rolkoffer een bruine doos en een cadeauverpakking aangetroffen. Een douanebeambte opent het deksel van de bruine doos en ziet hierin aardewerk en een luchtverfrisser. Na het verwijderen van deze goederen voelt de lege doos abnormaal zwaar aan.

Bij een x-ray controle worden afwijkende contouren in de zijwanden en de bodem van de lege doos gezien. In cadeauverpakking wordt een andere doos aangetroffen, waar eveneens aardewerk en een luchtverfrisser in zitten. Na het verwijderen van deze goederen voelt de lege doos eveneens abnormaal zwaar aan. Nader onderzoek wijst uit dat zich in de twee lege dozen in de zijwanden en de bodem in totaal tien pakketten met cocaïne bevinden. Het totaal netto gewicht van de cocaine betreft 1908,1 gram.

Door en namens verdachte is vrijspraak bepleit. De verdediging heeft zich op het standpunt gesteld dat de verdachte niets van de cocaïne in zijn bagage heeft geweten. De raadsman stelt ter onderbouwing van dit standpunt dat de verdachte beschikt over een benedengemiddelde intelligentie en onder normale omstandigheden souvenirs heeft gekocht en dat er behalve de aangetroffen cocaïne geen bewijs is dat verdachte opzet had op de invoer van verdovende middelen.

De verdachte heeft verklaard dat hij in Suriname op een markt souvenirs wilde kopen. Bij een marktverkoper zag de verdachte kop en schoteltjes met Surinaamse logo’s. De verkoper had deze niet op voorraad en heeft hij de kop en schoteltjes bij de verkoper besteld. Er werd afgesproken op maandag 6 mei 2013 langs te komen om ze te halen. Hij ontving twee dozen van de verkoper, waarvan er een was ingepakt in cadeaupapier. De verdachte werd door de verkoper naar zijn telefoonnummer gevraagd, zodat zijn broer die naar Nederland zou komen, met de verdachte in Nederland kon optrekken.

De rechtbank stelt voorop dat als uitgangspunt heeft te gelden dat een passagier die per vliegtuig bagage met zich voert, met de inhoud daarvan bekend kan worden verondersteld en voor die inhoud dan ook verantwoordelijk is. De rechtbank is van oordeel dat de verdachte wist dat er cocaïne in zijn handbagage was verborgen. Dit oordeel berust op de volgende overwegingen.

De verklaring van de verdachte ter onderbouwing van zijn stelling dat hij niet wist dat hij cocaïne met zich meevoerde, acht de rechtbank ongeloofwaardig. De verdachte heeft ten overstaan van de Koninklijke Marechaussee verklaard dat hij zes kopjes en schoteltjes heeft meegenomen met daarop de tekst ‘I love Su’ en hangertjes dan wel carrousels. Het aardewerk dat bij de verdachte is aangetroffen bestond echter uit vier kopjes en schoteltjes met opdruk van een Surinaamse vlag, en carrousels. De verdachte heeft de luchtverfrissers in de dozen niet gezien, hoewel deze prominent aanwezig waren.

De rechtbank neemt verder in aanmerking dat het een feit van algemene bekendheid is dat er vanuit Suriname per vliegtuig veel verdovende middelen naar Europa worden gesmokkeld, met name ook door koeriers die ten behoeve van organisaties handelen en ook weten wat zij doen. Het is hoogst onwaarschijnlijk dat een organisatie circa 2 kilogram cocaïne laat vervoeren door een onwetende en willekeurige koerier die bij toeval de cocaïne in zijn bezit krijgt, zoals volgens de verdachte in dit geval is gebeurd.

Hieraan zijn aanzienlijke risico’s voor de organisatie verbonden, zoals het risico van verlies van de cocaïne en het risico dat de onwetende de aanwezigheid van de verdovende middelen ontdekt. De rechtbank neemt hierbij eveneens in aanmerking dat het uiterst onwaarschijnlijk is dat organisaties die cocaïne naar Nederland willen smokkelen daarvoor een manier kiezen die het uiterst onzeker maakt of de beoogde koerier de cocaïne wel meeneemt en weer aan hen afgeeft.

De rechtbank is derhalve van oordeel dat de verklaring van de verdachte als volstrekt ongeloofwaardig ter zijde moet worden gesteld. Naar het oordeel van de rechtbank heeft de verdachte zijn verklaring slechts afgelegd om te verhullen dat hij welbewust betrokken is geweest bij het cocaïnetransport.


Posted

in

by